Log in
Oud-redacteur Giel Hutschemaekers zei direct ja toen hij in 1988 werd gevraagd redactielid van De Psycholoog te worden. In dit persoonlijk essay blikt hij terug op ‘zijn’ tijd bij dit blad. Maar hij kijkt ook vooruit. ‘Lang heb ik gedacht dat De Muur in De Psycholoog een overblijfsel uit vroeger tijden is, en dat de geschiedenis van ons vak zich voltrekt in termen van vooruitgang en volwassenwording. Maar bewegingen gaan alle kanten uit.’
Giel Hutschemaekers

In 1988 werd ik door de toenmalige eindredacteur Errit Petersma gebeld met de vraag of ik zou willen toetreden tot de redactie van De Psycholoog. Ik had amper wat geschreven en was nog volop bezig met mijn promotieonderzoek, kende het blad pas sinds kort en voelde me eigenlijk nauwelijks NIP-lid. En toch was ik helemaal verguld en zei ik direct ja. Achteraf gezien was dat vooral een kwestie van jeugdige overmoed: ik was dag en nacht bezig met mijn promotie, had amper ervaring met redactiewerkzaamheden en had geen idee waar De Psycholoog stond te midden van de andere Nederlandse vaktijdschriften. En waar ik helemaal nog nooit over had nagedacht was de verhouding tussen de redactie van De Psycholoog en het nip. Het kwam niet in me op dat die verhouding heel bijzonder was, evenmin besefte ik hoe die relatie heel bepalend was voor het profiel van De Psycholoog.

Achteraf gezien moet ik toegeven