Om haar piekeren te behandelen, had ik allerlei geijkte methoden kunnen aanreiken, maar ik begreep dat het geen zin had haar te overtuigen of haar iets anders te laten doen dan ze normaal deed. Ik besloot me maar gewoon over te leveren aan het gesprek, kijken wat er zou gebeuren. Normaal houd ik niet zo van zweverigheid, maar dit keer had ik het gevoel of ik werd overgenomen. Ik weet niet eens meer precies wat ik deed of zei, het was iets als: “Kijk nou! Ik draag allerlei mogelijkheden aan, die jij vakkundig om zeep helpt. Dit is wat er de hele dag ook in jouw hoofd gebeurt.” Daarmee hadden we het probleem ‘in de kamer’, we spraken er niet meer alleen over, het gebeurde ter plekke. “Maar dat helpt allemaal niets,” ging ik door. “Dus laten we het eens anders doen. Ik draag niets meer aan… Welke gedachte komt er nu in je op?”
Even was ze stil, ze