Log in
Op deze plek durf ik dat wel te bekennen, als collega-psychologen gaan jullie daar immers discreet en prudent mee om. Ook ik ben in therapie geweest, in psychoanalyse zelfs.
Vittorio Busato

De studie psychologie begon ik ooit met het idee psychoanalyticus te worden. Als aankomend psycholoog sloeg ik weliswaar al snel een ander pad in, maar de esthetiek van de verhouding tussen patiënt en psychoanalyticus spreekt me eerlijk gezegd nog altijd zeer aan. De patiënt op de divan, de analyticus onzichtbaar schuin daarachter op een stoel – de schaamte beschaafd geaccentueerd, en dan maar vrij associëren. Toen ik om diverse redenen naar enige catharsis in mijn leven zocht, was de keuze om een psychoanalyse of een andere, meer ‘bewezen effectieve’ therapie te ondergaan dan ook snel gemaakt.

Mijn analyticus was een vrouw. De eerste keer dat ik op haar divan plaatsnam, herinner ik mij nog goed. ‘Ik ga hier natuurlijk wel met enige voorkennis liggen,’ dacht ik de sessie geestig te openen. ‘Maar misschien niet met genoeg zelfkennis,’ merkte ze ad rem op.

Een kleine twee jaar lag ik vier keer per week op haar divan. Mijn cognitieve dissonantie