Log in
Hoewel het niet makkelijk is A&O-psychologie helder te profileren, pleit Aukje Nauta voor een grotere bijdrage van de arbeids- en organisatiepsychologie aan de vormgeving van werk en organisaties.1 ‘Om welzijn en functioneren van de werkende mens te stimuleren, is kennis en expertise nodig over hoe mensen zorgen, leren, ontspannen en verouderen. En om te weten hoe mensen gezond kunnen worden en blijven, is kennis en expertise nodig over de helende kracht van werk.’
Aukje Nauta

Introductie

‘Keurslijf baas knelt.’ Dat kopt De Telegraaf in een artikel van nog geen jaar geleden. De krant baseert zich op onderzoek van TNO, waaruit blijkt dat 44 procent van de werkenden weinig autonomie in het werk ervaart. In 2007 was dat met 38 procent behoorlijk lager. Toen de economische crisis in 2008 losbarstte, steeg het percentage werknemers met weinig autonomie elk jaar op rij met enkele percentages, om vanaf 2012 stabiel te blijven, rond die 44 procent. In de Arbobalans 2016 is voorts te lezen dat het percentage werknemers met hoge taakeisen én lage autonomie – hét recept voor werkstress – licht stijgt van 16% in 2007 tot 18% in 2015.

Het is verleidelijk – zoals De Telegraaf en passant doet – om het verslechteren van de kwaliteit van de arbeid toe te schrijven aan de economische crisis waaruit we momenteel omhoog krabbelen. Een kern van waarheid zal er zeker in zitten. Immers, als de broekriem aangehaald moet worden – het werk moet bijvoorbeeld met minder mensen gedaan worden –