Log in
Het gebruik van ervaringskennis onder behandelaren in de ggz is relatief nieuw. Naar schatting 45 tot 75 % van alle ggz-professionals heeft zelf te maken (gehad) met psychische ontregeling (Zerubavel & Wright, 2012; Weerman, 2016). Velen werden daarom door het vak aangetrokken, al maakt slechts een minderheid hiervan expliciet gebruik. Opleidingen en nascholingen leggen namelijk vooral nadruk op de risico’s van zelfonthulling, stellen Simona Karbouniaris en Clara Koek. Chiara Staal reageert.
Simona Karbouniaris, Chiara Staal, Clara Koek

Professionals in de ggz ondergaan zelf leertherapie en volgen intervisie om hun professioneel handelen te toetsen onder collega’s. Het klimaat in leertherapie of intervisie blijkt echter niet altijd even veilig om te spreken over eigen ervaringen met ontwrichting (Martin, 2020). Eenmaal in de ggz aan het werk, is het niet vanzelfsprekend te spreken over persoonlijke ervaringen (Thiel, 2022). Psychologen verschuilen zich vaak achter hun professionele identiteit, die weinig ruimte laat om het persoonlijke door te laten schemeren. Er spelen nog vele misvattingen een rol in het werken met ervaringskennis en -deskundigheid, die stammen uit de psychoanalyse. Zoals bijvoorbeeld de opvatting dat ervaringskennis schadelijk en belastend is voor cliënten. Hiermee raken psychologen en psychiaters op achterstand, want het belang van ervaringskennis in behandelingen wint internationaal en ook in ons land, aan populariteit. Beroepsorganisaties zoals de Royal Australian & New Zealand College of Psychiatrists en de British Psychological Society stellen dat eigen ervaringen