Lees verder
Jongeren die dyslexie faken en na een test van een kwartiertje weer buiten staan met een dyslexieverklaring. Het kan, liet televisieprogramma Rambam onlangs zien. Het nationaal referentiecentrum dyslexie (NRD) en het regionaal instituut voor dyslexie (RID) hebben geen goed woord over voor de 'deskundigen' die aan zulke praktijken mee werken.
Iris Dijkstra

Het was een schokkende uitzending. De makers van Rambam deden zich voor als studenten en lieten zien hoe gemakkelijk het is om aan een dyslexieverklaring te komen. Ze maakten expres een paar schrijffouten of ze lazen langzaam, en voilà, de verklaring was binnen. Sommige bureaus gaven zelfs verklaringen af zonder dat ze de student in kwestie hadden gezien. Zo wisten de Rambammers ook een dyslexieverklaring voor ‘student’ minister Bussemaker te ritselen. Gewoon een paar gegevens doormailen en klaar was kees.
‘Iedereen die een dyslexieverklaring afgeeft zonder goed te onderzoeken wat er aan de hand is, licht de boel op,’ stelde Patty Gerretsen, directeur van het RID, in een persbericht dat na de uitzending verscheen. Volgens haar is het ‘totaal onmogelijk’ om binnen enkele uren vast te stellen of iemand al dan niet dyslexie heeft. Diagnostiek zou minstens twaalf uur in beslag nemen. Niet iedereen met forse lees- en schrijfproblemen heeft namelijk dyslexie. Differentiaaldiagnostiek is dus van groot belang.
Het probleem is alleen dat elke orthopedagoog of psycholoog zichzelf een dyslexiedeskundige kan noemen, en zelf kan bepalen wat voor testjes hij afneemt en welk tarief hij daarvoor hanteert. Er is dus geen enkele controle. Dat is het NRD en het RID een doorn in het oog. Deze organisaties willen dat de wildgroei aan dyslexiebureaus wordt ingedamd en dat alleen geaccrediteerde zorgverleners dyslexieverklaringen mogen afgeven. Onderwijsinstellingen zouden ook alleen verklaringen van zulke erkende dyslexie-experts moeten accepteren.
Een goed plan, al is het alleen maar omdat dyslexie de samenleving natuurlijk geld kost. Denk aan de (intensieve) behandeling van dyslexie, de ondersteuning die dyslectische leerlingen op school krijgen en de 1230 euro aan studieschuld die dyslectische studenten wordt kwijtgescholden. Prima maatregelen, maar dan moeten ze wel ten goede komen aan échte dyslectici die zulke ondersteuning ook hard nodig hebben. Dat vond ook minister Bussemaker, aan wie de Rambammers uiteindelijk haar dyslexieverklaring overhandigden. ‘De goeden moeten niet onder de kwaden lijden.’ (ID)