Daar hebben allerlei wetenschappers al onderzoek naar gedaan. Hoog tijd die bevindingen in een metastudie onder de loep te nemen, vond een groep Australische en Finse wetenschappers. Ze plozen de literatuur tussen januari 2014 en mei 2018 uit, waarbij ze alleen keken naar de uitkomsten van longitudinaal onderzoek. Het roken van tabak moest hierin de onafhankelijke variabele vormen, de diagnose psychose of schizofrenie de afhankelijke.
Acht studies voldeden aan de criteria. Zes hiervan lieten een significant causaal verband tussen roken en de ontwikkeling van een SSS zien. Daarbij hadden de onderzoekers voor een veelheid aan factoren gecontroleerd, zoals leeftijd, sekse, sociaaleconomische status, genetische kwetsbaarheid en gebruik van andere middelen (zoals drugs). Aan deze zaken lag het dus niet. Wel spelen mogelijk traumatische ervaringen in de kindertijd een rol, of een moeder die rookte tijdens haar zwangerschap. Hiervoor werd in de onderzochte studies niet gecontroleerd.
Conclusie: er zijn sterke aanwijzingen dat roken leidt tot de ontwikkeling van een SSS. En nicotine zou daarbij wel eens de boosdoener kunnen zijn. De onderzoekers waarschuwen dan ook voor de e-sigaret. Jongeren roken weliswaar minder, maar hebben de e-sigaret als alternatief omarmd, terwijl deze óók vaak nicotine bevat.
Bron: Scott, J.G. et al. (2018). Evidence of a causal relationship between smoking tobacco and schizophrenia spectrum disorders. Frontiers in Psychiatry, 9-607, doi: 10.3389/fpsyt.2018.00607
