Lees verder
Geertje Kindermans

Tijdens haar opleiding leerde Mecheline van der Linden, klinisch psycholoog bij VU Medisch Centrum, dat je als therapeut afstand moet houden, niet mag sturen en niets over jezelf mag vertellen: het is de patiënt die het woord voert. Van der Linden is opgeleid als psychodynamisch groepstherapeut. Maar uit haar promotieonderzoek naar de verstandhouding tussen cliënt en therapeut bleek dat de relatie slechter wordt van zo’n abstinente houding.

Sinds ze bij VU Medisch Centrum werkt, leerde ze die houding daarom af. ‘Als patiënten niet op een afspraak komen, moet ik niet denken: dat is hun eigen verantwoordelijkheid, het zal de afweer zijn. Nee, ik bel en vraag hoe het gaat. Af en toe vertel ik iets over mezelf en ik reageer op een menselijke manier. Ik ben, met andere woorden, emotioneel beschikbaar, heb echt contact en onderhoud niet alleen een werkrelatie met mijn cliënten.’
Misschien komt het ook omdat ze in een ziekenhuis werkt, maar ze kreeg er veel erkenning voor van collega’s en patiënten. Toch gaat het soms mis, vertelt ze. ‘In het ziekenhuis had ik een vrouw in behandeling met ongeneeslijke borstkanker. Ze had het er erg moeilijk mee en er waren problemen in het gezin. Daar hadden we het vaak over.’ Jaren later was Van der Linden met haar dochter uit eten en die vertelde dat ze een vriendje had en dat zijn moeder was overleden aan borstkanker. ‘Goh, misschien heb ik haar wel gekend,’ flapte ze eruit. ‘Door mijn werk kende ik veel vrouwen met borstkanker. Ze noemde zijn achternaam, ik schrok en dat zag ze aan mij. Ze vroeg wat er was en ze vroeg door. Pubers zijn nieuwsgierig. Ik zei dat ik er niets over kon zeggen vanwege mijn beroepsgeheim. Maar ja, dan is het kwartje natuurlijk al gevallen.’
Van der Linden heeft er erg mee gezeten. ‘Het is een puberdochter, ze zit op Facebook, ze kletst met vriendinnen, met haar vriendje. Het was niet professioneel van mij, ze had niets aan me mogen zien.’
Wat ze ermee wil zeggen is dat een minder afstandelijke houding grote voordelen heeft. Maar dat het je af en toe ook in de problemen kan brengen. ‘In mijn fantasie zag ik de klachten al komen.’