Lees verder

Klinisch psycholoog Wieneke Goenee is hoofd behandelzaken externaliserende stoornissen jeugd, bij ggz-instelling PuntP. Ze is verantwoordelijk voor de kwaliteit van behandelingen. Daarnaast behandelt ze zelf ook jongeren. En dat alles op vier verschillende locaties.

Zondag
’s Avonds vertrek ik naar mijn studeerkamertje om mijn tas in te pakken en de afspraken voor de komende week vast in te prenten. De wereld van het management is een heel andere dan die van de clinicus, daarom werk ik met verschillende agendasystemen. Mijn managementcollega’s gebruiken Outlook en mijn zorgcollega’s gebruiken Psygis. En dus moet ik zelf goed opletten dat ik geen dubbele afspraken maak. Niet dat het al eens is voorgekomen, maar ik ben er altijd bang voor. Vanavond ben ik niet de enige die achter de computer zit, er wordt druk heen en weer gemaild.
Ook maak ik een reisplan voor de week. Als zorglijnhoofd van vier locaties in de stad wil ik daar regelmatig aanwezig zijn. Dat is nog een heel gepuzzel, maar dan fluistert Dr Winnicott in mijn oor: good enough…

Maandag
Op locatie 1 zie ik Maarten Gerrits, mijn interim-collega en fijne kameraad van de bedrijfsvoering. We bouwen verder aan de communicatiestructuur op de afdelingen. Met onze eigen communicatie zit het wel goed, maar een recente reorganisatie was ingrijpend. Oude vergaderstructuren waren niet meer toereikend, maar er waren nog geen nieuwe. Die zijn we nu aan het opzetten. En ik krijg privéles bedrijfsvoering en leidinggeven.
Om 12 uur gaan we naar locatie 2 voor een overleg over het vernieuwde intakemodel. Ook hier veranderingen, nu we gaan werken vanuit de zorglijnen internaliserende en externaliserende stoornissen. Zou je Winnicott kunnen vertalen naar de wereld van het management? Een transitional object voor de veranderende organisatie… en wat dan?

Dinsdag
Weer naar locatie 1 waar ik de dag start met locatieoverleg. De agenda van het overleg is altijd hetzelfde: post, mededelingen, ter tafel en gedicht. Dat gedicht hoort erbij, het is goed voor onze ziel. In de week dat de boom van Anne Frank omwaaide, ging het gedicht over de Boom.
De middag is voor cliënten op locatie 2. Ik spreek met ouders van een autistische zoon, om hun er onder meer op een betere manier mee te leren omgaan. Het moeilijkste is dat de aandoening nooit overgaat, hoe hard je ook je best doet. Het is een kwestie van verdragen, verdragen en verdragen. Ik laat hun zien dat ik plezier beleef aan hun moeilijke zoon, want dat is mogelijk. Dit te weten, maakt hen gelukkig.
Een uur later zie ik een angstige jongen die tegen zijn lerares heeft gezegd dat hij geen verdrietige boeken wil lezen. Dit hadden we de vorige sessie geoefend. Tot zijn verbazing werkt het, hij krijgt nu titels van boeken die hij graag leest. Ik prijs de lerares intens in stilte, ik maak het vaak anders mee.
’s Avonds vergadering van de vkjp (Vereniging voor Kinder- en Jeugdpsychotherapie). We hadden kort geleden een mooi congres en buigen ons nu alweer over het volgende.

Woensdag
Dit is de dag van de eetstoornissen op locatie 3. Samen met Jan Duyx en Petra Balke eerst een teamvergadering, daarna is het tijd voor individuele cliënten en een groepsbehandeling. Eén dag, één agenda, heerlijk. We zien meiden met eetbuien en ook meiden die extreem weinig eten; geen controle versus extreme controle dus. Na twee gesprekken met meiden die nog helemaal niet gemotiveerd zijn voor de behandeling, zie ik uit naar mijn derde cliënte. Ik ken haar een half jaar en geniet van haar energie, die er pas sinds kort weer is. In meerdere gesprekken samen met haar ouders, heeft ze kunnen horen dat ze veel om haar geven. Haar ouders dachten dat ze dat wel zou weten en voelden weerstand, voor hen was het onnatuurlijk om zoiets te zeggen. Maar voor haar is het goed, het geeft haar vleugels. Hoewel ze tijdens de gesprekken met haar ouders nog terughoudend was, is ze nu goed bezig de draad van haar leven weer op te pakken. Zij geeft vriendinnen tips om met hun eigen ouders om te gaan, ze begint weer uit te gaan en ze gaf me college over het ontstaan van eetbuien, die nu overigens verdwenen zijn.
Daarna krijg ik een dikke reep chocola van een andere cliënte met wie het niet zo goed gaat. We hebben haar doorverwezen naar de kliniek van Novarum, omdat ze nog maar zo weinig weegt dat ze van ons niet meer mag wandelen. Ook moet ze zich iedere week laten onderzoeken door de huisarts.
Aan het eind van de dag moeten Petra en ik elkaar naar huis sturen. Het zijn intensieve lange dagen vol moeilijke behandelingen, maar door de kwaliteit van zorg, is het goed voor ieders ziel.

Donderdag
Vandaag naar locatie 4, waar veel vragen zijn over de zorgprogramma’s. Ik beantwoord een brief over een aanvraag die ik deed voor een rugzakje op school. Men weigerde, want ik ben geen gz-psycholoog, zo stelt men. Ik schrijf geduldig terug dat ik klinisch psycholoog ben, en dat dit het specialisme is van gz-psycholoog. Ondertussen vraag ik me af: zouden psychiaters hun specialisme ook moeten uitleggen?
Eind van de dag belt mijn moeder om te bedanken voor haar nieuwe kleren. Ze vindt het heel fijn dat ze nu iets blauws heeft. Ik zorg een beetje voor haar en soms koop ik nieuwe kleren. En die kleren zijn altijd blauw…

Vrijdag
Op deze dag geef ik meestal supervisie thuis. Soms ga ik ervoor naar Rotterdam, maar vandaag geen gereis meer. Daarom is dit een dag van bezinning.
Mijn weekend zal ook rustig zijn. Je zou het misschien niet zeggen, maar ik houd ervan thuis te zijn.