Lees verder
Je komt het niet vaak tegen als specifieke richting binnen een faculteit en het jaarlijks congres is klein. In 1972 heeft een groep academici binnen de sociale psychologie en antropologie de internationale associatie voor crossculturele psychologie opgezet.
Nathalie van Meurs

Crosscultureel psychologen houden zich voornamelijk bezig met de vraag of psychologische bevindingen universele validiteit hebben. Bijvoorbeeld: als een psycholoog het kerstverhaal gebruikt om te meten of een kind op niveau zit middels zijn of haar capaciteit om details terug te vertellen, is het oneerlijk om dit toe te passen in een land waar geen kerst gevierd wordt. Of: vergelijken we appels met peren als we het ruimtelijk inzicht van twee groepen meten, en de ene groep zoals Marshall H. Segall en collega’s dat zo mooi beschrijven in een carpented world is opgegroeid, en de andere groep enkel de vlaktes en ronde hutten in de Kalahari-woestijn kent?
Onze bevindingen zijn tijds- en contextgebonden. Veel van ons denken en doen is onbekend terrein en dat maakt de psychologie een opwindende wetenschap. Uit een recente meta-analyse blijkt dat de balans van ‘nature versus nurture’ ongeveer 50/50 is, maar wellicht verandert die verhouding met de ontwikkeling van betere en cultureel intelligentere onderzoeksmethodes.
Want hoe ‘Westers’ is de diagnose van Simon Ash wereldberoemde experiment over conformiteit als twee-derde van de studenten meegaat met de opinie van een groep die expres het verkeerde antwoord geeft en blijkt dat mensen buiten Europa en Amerika zich veel vaker hieraan schuldig maken (dus niet voor zichzelf denken)? Zoals Bond en Smith opperden: misschien gaat het wel om een ander fenomeen en vindt het collectivistisch publiek gezichtsverlies vermijden belangrijker dan gelijk hebben.
‘Gestaltpsychologie is de psychologie’ vinden de aanhangers (Duijker, p. 191) en is een kwestie van identiteit en onderscheiden. Maar waarom? Psychologie heeft te maken met communicatie binnen alle opvattingen; niet alleen over wat wij meten, ook hoe we de kennis met de wereld delen. En we kunnen dat beter als we de chaos samen proberen uit te leggen. Moeten we wellicht herzien waarom Japanse leerlingen beter zouden zijn in rekenen als ze maar tien woorden hoeven te leren (43 is vier-tien-drie en 14 is tien-vier versus het Nederlandse drie-en-veertig en veertien)? Welke psychologie gebruiken we om een fenomeen uit te leggen – communicatie, sociaal, neuro, of …?
Dat is volgens crossculturele psychologen de les. Als wij een diagnose stellen, moeten we ons bewust zijn van ons eigen perspectief. De lenzen waarmee wij observeren, zijn niet neutraal. Zoals Ramses Shaffy zong: ‘Zing, vecht, huil, bid, lach, werk en bewonder niet zonder ons.’ Maar in de wereld van de psychologie is er geen die ontkomt aan de chaotische context. Daarin zijn wij één.