Soms staan in overlijdensadvertenties geruststellende woorden: je leeft voort zolang anderen herinneringen aan je hebben. Dit idee rekt Geertje Kindermans in haar nieuwe roman verder uit: mensen komen pas echt tot leven zodra ze zijn overleden. Wie te maken krijgt met iemands nalatenschap, verwerkt informatie die het beeld van de overledene sterk doet kantelen. Eendimensionale personen krijgen reliëf zodra herinneringen gekoppeld worden aan alle andere sporen die zij nalaten.
Onverwachte erfenis is geschreven in twee contrasterende stijlen. Een romanfiguur, Sarah, schrijft in de ik-vorm over de afhandeling van de nalatenschap van haar oudtante Aagje. Die oudtante is ongehuwd en kinderloos gebleven. Sarah en haar twee broers, de meest nabije familieleden die nog in leven zijn, moeten een begrafenis of crematie regelen en ook andere zaken afhandelen. Sarah vertelt ons duidelijk hoe lastig dit allemaal is. Met de stem van Sarah leest deze roman als een beknopt dagboek. De stukjes uit het dagboek worden echter afgewisseld met stemmen