Een raad van toezicht (RvT) vervult drie rollen ten opzichte van een raad van bestuur: werkgever, controleur en adviseur. Lidmaatschap van een RvT is slechts een bijbaantje, want de leden komen hooguit één keer per maand bij elkaar – meestal veel minder vaak. De schrijvers van dit boek veronderstellen dat het functioneren van een RvT enorm kan verbeteren als er meer gebruik wordt gemaakt van psychologische inzichten. In kort bestek vatten zij deze inzichten samen. De ondertitel – oordelen, samenwerking, betekenis – laat zien welke thema’s hierbij in het geding zijn.
Het eerste thema, oordelen, wordt besproken als een rationeel proces dat loopt van probleemformulering tot het nemen van beslissingen en de evaluatie hiervan. Dit proces is echter kwetsbaar, want het raakt gemakkelijk vertekend door menselijke tekortkomingen. Wie deelneemt aan een RvT moet zich volgens dit boek instellen op niet minder dan twintig ‘biases’, te beginnen bij het discounting effect (‘Een probleem dat zich op grote afstand bevindt, wordt als lichter ervaren dan een probleem in de nabijheid’) en eindigend bij de abilene paradox (‘Het collectief toegeven aan de veronderstelde voorkeur van de meerderheid, ook al heeft die meerderheid feitelijk een andere voorkeur’).
Het hoofdstuk over samenwerking bereidt RvT-leden netjes voor op ruzies die onderling en met andere betrokkenen ontstaan. Vijf soorten conflicten worden samengevat. Heel beknopt leren we iets over mogelijkheden om tot een oplossing te komen. Belangrijk lijkt daarbij vooral om ruzies bespreekbaar te maken en oordelen enige tijd op te schorten.
Het derde en laatste thema in dit boek gaat over het proces van betekenisgeving. Accent ligt nu op ‘sociaal constructionisme’. De auteurs leiden dit begrip in met de volgende zin: ‘Het proces van gezamenlijke betekenisgeving vraagt om de erkenning dat er niet één waarheid is, maar dat “het verhaal van instelling X of Y” als sociaal proces vorm krijgt.’ De belangrijkste aanbeveling rond betekenisgeving lijkt sterk op de adviezen die in het gedeelte over oplossing van conflicten staan: neem vooral de tijd om zaken onderling bespreekbaar te maken. Dat is nogal lastig voor een RvT die niet al te vaak vergadert.
Dit boek kent betrekkelijk weinig voorbeelden uit de praktijk. Ik mis vooral voorbeelden van RvT’s die een poging hebben gedaan de aanbevelingen uit het boek uit te voeren. Mijn belangrijkste bezwaar betreft echter het gebrek aan samenhang: het hoofdstuk over rationeel beslissen sluit totaal niet aan bij het gedeelte over betekenisgeving. Als er niet één waarheid is, dan heeft het weinig zin om te spreken over biases in beoordelingsprocessen. Oordelen kunnen pas vertekend zijn als er een waarheidsnorm bestaat. Verder suggereert het hoofdstuk over oordelen te sterk dat een RvT vooral te maken krijgt met goed gedefinieerde beslissingssituaties. Dit soort beslissingen veronderstelt echter een stabiele context. Organisaties zullen echter vaak moeten inspelen op onverwachte ontwikkelingen. Daar weten deze auteurs geen raad mee.