Lees verder
Vanaf januari 2016 bezochten Koos Neuvel en Caroline de Pater regelmatig een instelling op het gebied van de geestelijke gezondheidszorg, ergens in Nederland. Welke instelling blijft geheim: locaties, patiënten, cliënten en behandelaars krijgen fictieve namen. In ruil hiervoor mogen de auteurs overal vrij rondlopen en met iedereen praten. Aan de hand van ervaringen van betrokkenen beschrijven Neuvel en De Pater een psychiatrische kliniek in verandering. Telkens is daarbij de vraag wat verandering betekent voor de mensen die het betreft. Hiermee is het boek ook een verzameling levensverhalen.
Karel Soudijn

Psychiatrie, zoals in dit boek beschreven, lijkt een pendeldienst tussen isoleren en integreren. Het klassieke gekkenhuis is neergezet ver van de bewoonde wereld, verscholen in bossen of tussen de duinen. En binnen de kliniek was er dan ook nog eens de isoleercel voor iedereen die voor extra overlast zorgde. Kan het anders? Voor idealisten in Nederland leek de naam van de Italiaanse stad Triëst jarenlang het toverwoord, want daarginds leek het mogelijk om klinieken te sluiten en voormalige patiënten deel te laten uitmaken van de grotere stadsgemeenschap. Dat zou hier ook moeten kunnen.

Er speelt nog een tegenstelling, namelijk die tussen kalmeren en activeren. Medicatie kan angsten en ongewenste gedragingen dempen, maar perken iemands mogelijkheden sterk in. Wie jarenlang op pillen leeft, is nauwelijks meer in beweging te krijgen. Beleid kan sterkere nadruk gaan leggen op activering van patiënten, maar die zijn vaak helemaal verleerd om initiatief te nemen. Bij hulpverleners ligt dit vaak precies andersom. Die weten niet meer hoe je iets aan anderen kunt overlaten.

’t Is hier een gekkenhuis is een fraaie illustratie van de enige natuurwet waar psychiatrie aan onderhevig lijkt te zijn, namelijk de Wet van Behoud van Ellende. We zien dit bijvoorbeeld terug in het verhaal van Ciska, die de kliniek heeft verlaten om in een Zeeuws dorp te gaan wonen. Formeel gezien leeft ze zelfstandig, maar twee keer per week komt een ervaringsdeskundige langs om haar te begeleiden. Ze wordt ook geholpen met de afhandeling van allerlei administratieve zaken, want ze kan moeilijk met geld omgaan. Dagelijks komt iemand van thuiszorg langs om haar te helpen met douchen. Drie uur in de week wordt haar huis schoongemaakt. Huishoudelijke hulp is nodig omdat ze zwaarlijvig is geworden. Haar zwaarlijvigheid lijkt het gevolg van medicatie. Neuvel en De Pater: ‘Die medicijnen, bedenken wij naderhand, hebben een paradoxaal e“ect: die hebben ertoe bijgedragen dat ze minder last heeft van psychosen. Wat het mede mogelijk heeft gemaakt dat ze zelfstandig kon gaan wonen. Tegelijkertijd hebben die medicijnen haar zelfstandigheid aangetast; haar afhankelijkheid van de zorg is alleen maar toegenomen. En haar geestelijke gezondheid is weliswaar verbeterd, haar lichamelijke gezondheid is als gevolg van de obesitas onmiskenbaar verslechterd.’

In de psychiatrie lijkt verbetering een kwestie van heel kleine stappen zetten. Dit boek maant beleidvoerders tot bescheidenheid.

Door Koos Neuvel en Caroline de Pater
Amsterdam: Uitgeverij Podium, 287 p.