Persoonlijkheidsproblemen zijn al in de vroege adolescentie te onderkennen en te behandelen (Miller, Muehlenkamp, & Jacobson, 2008; Sharp & Wall, 2017; Shiner, 2009). Classificatie van persoonlijkheidsstoornissen is mogelijk bij jongeren onder de 18 jaar (American Psychiatric Association; APA, 2013, p. 647), maar categoriale classificaties van persoonlijkheidsstoornissen hebben niet de voorkeur vanwege een matige interbeoordelaarsbetrouwbaarheid, beperkte stabiliteit, heterogeniteit en grote mate van comorbiditeit (Conway, Hipwell & Stepp, 2017; Hopwood et al., 2018; Vanheule et al., 2014). Categorale classificaties bieden bovendien geen juiste weergave van het complexe samenspel van belemmerende en bevorderende factoren in de ontwikkeling van de persoonlijkheid (Hopwood et al., 2018).
Om bovengenoemde redenen is er behoefte aan een dimensioneel en ontwikkelingspsychologisch perspectief op persoonlijkheidsproblematiek waarbij krachten en kwetsbaarheden al op jonge leeftijd in kaart worden gebracht. Het Alternatieve Model van PersoonlijkheidsStoornissen (AMPS) biedt een dergelijk dimensioneel perspectief en conceptualiseert problemen in het persoonlijkheidsfunctioneren als de kern van persoonlijkheidsstoornissen (APA, 2013).