Inleiding
Kinderen en adolescenten worden regelmatig geconfronteerd met schokkende gebeurtenissen. Soms betreft het een eenmalige gebeurtenis, zoals een verkeersongeluk of een brand. Andere gebeurtenissen zijn langdurig van aard, denk aan huiselijk geweld of seksueel misbruik. Na het meemaken van een schokkende gebeurtenis hebben vrijwel alle kinderen en adolescenten in meer of mindere mate last van stressreacties. Voorbeelden hiervan zijn prikkelbaarheid, somberheid, inslaapproblemen, nachtmerries of woedeuitbarstingen (American Psychiatric Association, 2008; Gurwitch et al., 2008)220. Deze stressreacties zijn in de eerste weken na het meemaken van een schokkende gebeurtenis heel normaal. Bij de meeste kinderen verdwijnen deze reacties weer na verloop van tijd. Het meemaken van één of meer schokkende gebeurtenissen kan echter ook tot blijvende psychische schade leiden; dan spreken we van een trauma (Copeland et al., 2007; De Bellis & Van Dillen, 2005)89.
Het woord ‘trauma’ is afkomstig uit het Grieks en betekent letterlijk ‘wond’ of ‘verwonding’. In de