Het spiegelspel speel je met mensen die je kent, zoals familieleden, vrienden of collega’s, aldus de gebruiksaanwijzing.
In het speldoosje zitten speelkaarten met vragen en een dobbelsteen met zes kleuren, die staan voor de verschillende rollen die we in het leven kunnen spelen: partner, vriend, collega, Nederlander, ouder en familielid. Over deze rollen worden vragen gesteld. Je gooit een kleur, kiest een kaart uit de betreffende categorie en stelt de vraag aan je medespelers. Vragen als: zou ik ooit een familielid in huis nemen? Hoe groot is de kans dat ik sorry zeg? Welke negatieve gedachten heb ik over mijn familie of over een specifiek familielid? Hoe reageer ik als ik kritiek op mijn werk krijg? Als moeder én partner aan me vragen of ik een klusje kan doen, allebei kan niet, wie help ik? Aan welk gedrag stoor ik mij mateloos? Zijn mijn partner en ik een goede match? Hoe mooi vinden jullie mij? Ook vragen over de verdeling van een erfenis, seks op het werk en of je kinderen mag slaan.
Het spel is vooral bedoeld om tot zelfkennis te komen, het helpt je blinde vlekken te ontdekken en je relaties met anderen te versterken. Als iedereen stevig in zijn schoenen staat, er geen sluimerende conflicten spelen, mensen zichzelf met humor bekijken of heel handig kunnen liegen, dan is het te doen. Maar anders kan het nog wel eens heel ongemakkelijke situaties opleveren. Van mijn collega’s hoef ik niet te weten hoe mooi ze me vinden, tegen mijn familie ga ik niet uitleggen over wie van hen ik negatieve gedachten heb en in sommige gezelschappen kun je beter niet over politiek beginnen.
Speel dit spel bij voorkeur onder goede begeleiding met je therapiegroepje of hooguit met een vriendinnenclubjes die het meestal toch al over elkaars psyche hebben. In andere groepen, in familieverband of tussen collega’s, kan het de kortste weg zijn naar een stevig conflict. Als dit een gezelschapsspel is, dan is Festen een leuke familiefilm.
Mw drs. G. Kindermans is psycholoog en werkzaam als schrijvend redacteur van De Psycholoog.