‘Laat je verbazen en inspireren! Wetenschap in 20 slides van 20 seconden!’ Zo luidde de flyer van de zogeheten aspo- Blits. Op 12 april j.l. presenteerden twaalf sociaalpsychologen op deze wijze hun onderzoek in de Amsterdamse club Trouw. Psychologe en wetenschapsjournaliste Iris Dijkstra was erbij.
Wegens overdonderend succes in de herhaling. Dat was het idee achter deze tweede aspo- Blits – een initiatief van sociaalpsychologen Daniël Lakens, Iris Schneider en Nils Jostmann. Tijdens deze bijeenkomst, op 12 april in de ondergrondse gewelven van club Trouw in Amsterdam, vertelden twaalf sociaalpsychologen over de blitse dingen die ze zoal onderzoeken. De sprekers kwamen van de Vrije Universiteit, de Universiteit van Amsterdam, de Universiteit Utrecht, de Radboud Universiteit Nijmegen, de Universiteit Leiden en de Universiteit van Tilburg. Hun presentaties waren strak geregisseerd: elke spreker had de opdracht gekregen om zijn of haar presentatie in twintig verschillende dia’s te gieten. Deze dia’s werden in een straf tempo van elk exact twintig seconden afgewerkt. Een efficiënte opzet, zo bleek. Met nog geen zeven minuten spreektijd per persoon moest iedereen wel snel ter zake komen. Ook uitlopen was er niet bij. Heel handig als je op een avond twaalf sprekers hun zegje wilt laten doen.
Attitude
Er een reportage over maken is een ander verhaal. Want wat voor blitse onderzoeksresultaten er ook werden gepresenteerd, een hoop daarvan is nog niet in een wetenschappelijk tijdschrift gepubliceerd. Diverse onderzoekers drukten me daarom op het hart om vooral niet over hun presentaties te schrijven. Eerst maar eens de kritische toets der reviewers doorstaan, zeiden ze. Daarna mag er iets over de inhoud naar buiten komen. Deze attitude zal hoogleraar Naomi Ellemers (Universiteit Leiden) deugd doen. Ellemers, in 2010 winnares van de Spinozaprijs, opende de avond met een presentatie getiteld ‘We maken de blits met slow science’. Ze toonde een piramide en stelde dat buitenstaanders hooguit de top daarvan te zien krijgen. Dát zijn namelijk de spectaculaire resultaten die de krant nog wel eens halen. ‘Argeloze lezers hebben niet in de gaten dat de blits het topje van de ijsberg is,’ stelde ze. ‘Onderzoek rust op een veel breder fundament van theorie, eerder onderzoek en de lessen die daaruit geleerd zijn. Dat zijn jaren van ploeteren en prutsen, tot er eindelijk wat uitkomt. De kunst is om dat op een aantrekkelijke manier naar buiten te brengen zonder dat je je resultaten geweld aandoet.’
Ellemers haalde een voorbeeld aan van een eigen onderzoek dat de krant had gehaald. ‘Gestresste vrouwen kunnen niet inparkeren’ had dagblad Trouw gekopt. Maar om dat inparkeren was het de onderzoekers helemaal niet gegaan: die wilden weten of vrouwen die zich met een groep identificeren zich in stressvolle situaties anders gedragen dan vrouwen die zich níet met een groep verwant voelen. Dat hadden ze onderzocht door hun proefpersonen een filmpje te laten zien van een vrouw die bij het inparkeren overal tegenaan knalde. Maar in dat verhaal achter het onderzoek was de journalist niet geïnteresseerd. Die wilde alleen weten of vrouwen nu echt minder goed kunnen inparkeren dan mannen. En daar had de onderzoeker geen antwoord op. Zo gaat het nog wel eens mis tussen wetenschappers en de media. Niks van aantrekken, hield Ellemers de zaal voor. ‘We hebben tijd nodig om na te denken, we moeten ons ook bezighouden met vragen waarvan we nog niet weten wat die opleveren. De blits willen maken moet niet het doel zijn van onderzoek. Waar het wel om gaat: de wetenschap verder willen helpen. De tijd nemen om dingen uit te zoeken. En dan hopen dat áls je dan een keer een spectaculair resultaat vindt, dat ook correct in de krant terechtkomt.’
Eten en seks
Vervolgens kwamen de sprekers aan de beurt. Onderwerpen varieerden van smaakbeleving tot de multiculturele samenleving, en van doodsangst tot diversiteit. Opvallend veel presentaties hadden te maken met eten of met seks en relaties.
Zo vertelde Johan Karremans (Radboud Universiteit Nijmegen) over zijn onderzoek naar de mechanismen die ons beschermen tegen overspel. ‘Veel evolutionair psychologen denken dat het in onze genen zit om een relatie aan te gaan en dat we de capaciteit hebben om een relatie in stand te houden,’ vertelde hij. ‘Maar hoe werkt dat dan? Soms zijn er aantrekkelijke alternatieven. Hebben wij soms een schild der liefde dat ons ervan weerhoudt onze relatie te verbreken?’
Ja, bleek uit zijn onderzoek. Als je mannen een foto van een aantrekkelijke vrouw voorlegt, vinden gebonden mannen deze een stuk minder aantrekkelijk dan de single mannen. Hetzelfde verschil zie je bij gebonden versus single vrouwen die je een foto van een knappe man laat zien.
Maar zéggen ze alleen dat ze iemand minder aantrekkelijk vinden als ze een relatie hebben, of vinden ze diegene ook écht minder aantrekkelijk? Om dat uit te zoeken legde Karremans zijn proefpersonen in de fMRI-scanner. Bij degenen met een relatie lichtte het impulscontrolegebied in de hersenen op als ze een foto van een mooie man of vrouw kregen voorgeschoteld. Deze mensen probeerden dus het ‘go-for-it’-gevoel te onderdrukken. Bovendien werd het beloningssysteem in hun brein minder actief. Let wel, dit gold alleen voor mensen die helemaal voor hun relatie gingen. Zo’n sterk commitment leidde dus tot een minder sterke beloningsrespons bij het zien van een aantrekkelijke man of vrouw. Handig, als je je partner niet kwijt wilt.
Citroengeur
Zo werd de zaal een hoop nieuwe inzichten rijker. We weten nu bijvoorbeeld ook dat je geen pauze tijdens onderhandelingen in moet lassen als de deelnemers hun gelijk willen krijgen.
Dat ontdekte Fieke Harinck aan de Universiteit Leiden. Zij liet proefpersonen in tweetallen met elkaar onderhandelen. Vervolgens werd een korte pauze ingelast waarin sommige deelnemers over de onderhandelingen moesten nadenken en andere deelnemers een afleidend taakje kregen. Daarna moesten ze verder onderhandelen. Wat bleek? Degenen die over de onderhandelingen hadden nagedacht waren behoorlijk competitief geworden. Dat werkte averechts. Degenen die tijdens de pauze iets anders hadden gedaan, deden het stukken beter. Toch pakt nadenken over de onderhandelingen niet per definitie slecht uit, bleek uit een volgend experiment. Als mensen de wil hebben om gezamenlijk tot een oplossing te komen, leidt een pauze waarin over de onderhandelingen wordt nagedacht juist tot een gunstige uitkomst.
Uit ander onderzoek bleek dat een frisse citroengeur in de trein leidt tot minder zwerfafval. Dat ontdekten Kirsten Ruitenburg en Lonneke Debets die op het onderzoek afstudeerden aan de Radboud Universiteit Nijmegen. Op het traject Enkhuizen- Amersfoort Schothorst plaatsten ze, na een eerste controlemeting zonder geur, een paar weken dagelijks stiekem bakjes met een geurige citroenvloeistof in bepaalde coupés. Andere coupés kregen niks. Was de trein op het eindstation aangekomen, dan gingen de onderzoekers na hoeveel rotzooi de reizigers hadden achtergelaten. Dat bleek in de citroencoupés een stuk minder te zijn dan in de controlecompartimenten.
Bovenstaande onderzoeken zijn intussen gepubliceerd in wetenschappelijke tijdschriften. Van de andere presentaties kan ik alleen een tipje van de sluier oplichten. Wat dacht u van de bevinding dat mensen die in complottheorieën geloven eigenlijk heel empathisch zijn? Of dat het instellen van safesexzones juist leidt tot meer risicogedrag? Of dat mannen helemaal niet zo emotioneel gehandicapt zijn als zijzelf (en vrouwen trouwens ook) vaak denken?
Ja, sociaalpsychologen doen fascinerend onderzoek. Dat vond een van de toehoorders ook. ‘Het doet goed om te zien wat een mooie projecten er binnen de sociale psychologie allemaal plaatsvinden. Na alles wat we het afgelopen jaar hebben meegemaakt is dit een echte opsteker.’
Dr. Iris Dijkstra is psycholoog en wetenschapsjournalist. E-mail: iris@irisdijkstra.nl.