Dat mentale capaciteiten afnemen bij het klimmen der jaren is bekend. Tot voor kort werd aangenomen dat het verval van cognitieve functies een eenduidig verlopend proces is dat aan een algemene oorzaak – het afsterven van hersencellen – kan worden toegeschreven.
Wetenschappers aan de mrc Cognition and Brains Sciences Unit van de universiteit van Cambridge stellen nu dat mentale veroudering een meer complexe ontwikkeling kent. Ouder worden heeft, aldus de onderzoekers, op de ene cognitieve competentie meer effect dan op de andere. Ofwel: de ene mentale kwaliteit gaat onder invloed van het ouder worden sneller achteruit dan de andere. Zo neemt het probleemoplossend vermogen van mensen – de capaciteit om complexe beslissingen te nemen en logisch te redeneren – in de loop van hun leven sneller af dan hun het vermogen tot multitasken.
De onderzoekers baseren hun conclusies op gegevens van 571 personen tussen de achttien en 88 jaar die tests uitvoerden waarmee de genoemde functies werden gemeten. De uitkomsten daarvan combineerden ze met data over typen breinweefsel zoals aangetroffen bij de proefpersonen – grijze cellen in prefrontale hersengebieden en witte cellen die deze gebieden met elkaar verbinden. Probleemoplossend vermogen en de capaciteit om te multitasken zijn, aldus de onderzoekers, gerelateerd aan verschillende neurale subsystemen uit het voorste hersengebied. Grijze en witte stof hebben daarbij elk een specifieke rol, maar completeren elkaar ook. Dat witte stof bij het ouder worden sneller in verval raakt dan grijze verklaart waarom onze mentale vermogens in verschillende tempo’s afnemen. (EdJ)
Bron: Rogier A. Kievit, Simon w. Davis e.a. (2014), Distinct aspects of frontal lobe structure mediate age-related differences in fluid intelligence and multitasking, Nature Communications 5, art nr 5658, doi:10.1038/ncomms6658