‘Het fascineert me hoe mensen denken en beslissen. Maar ik verwonderde me ook over mezelf, over hoe ik reageerde op mijn moeders overlijden toen ik zestien was. Ze was lange tijd ziek en toen ze overleed, was ik niet zozeer verdrietig maar vooral blij voor haar. Pas later kreeg ik er moeite mee. Ik begreep niet waarom ik me zo voelde.
Dat zal hebben meegespeeld bij mijn keuze voor psychologie. Met die studie zou ik mijn nieuwsgierigheid kunnen bevredigen, maar het is ook handig als je jezelf beter leert begrijpen. Ik heb als eerste de Universiteit van Maastricht bezocht, ik woon daar in de buurt. De sfeer was goed, het probleemgestuurd onderwijs sprak me aan, ik ben nergens anders meer gaan kijken.
De studie vond ik geweldig. Het ging over onderwerpen als verdriet, geluk en liefde, maar ook over geheugen, waarneming en beslissen. Alleen met statistiek had ik moeite. In het tweede semester van het tweede jaar kreeg ik een dip. Ik zou weer statistiek krijgen en technische theorieblokken waar ik niet zoveel zin in had, rekenen met connectionistische modellen en zo. Ik heb overwogen te stoppen, maar met mijn vader sprak ik af: ik maak het jaar af en dan zien we wel.
Vervolgens kreeg ik een blok waarin je met een groepje onderzoek gaat doen. Ik schreef me in voor het onderzoek naar onderdrukte gevoelens en herinneringen. Ik raakte geboeid, het begon opeens te leven. Toen ik klaar was, wist ik wat ik wilde. Mijn vader was erg blij dat ik doorging.
In het derde jaar heb ik voor de cognitieve richting gekozen. Mijn bachelorthese heb ik gedaan over een onderzoek over mentale uitputting en valse herinneringen. Ik heb er een artikel over geschreven, dat is gepubliceerd in Applied Cognitive Psychology.
Daarna ben ik de master Psychology and Law gaan doen. Alles wat ik interessant vind, kwam daar bij elkaar. Toch waren mijn cijfers niet zo heel goed. Dat was misschien een beetje pech, ik weet het niet. Ook mijn masterthese over mentale uitputting en source monitoring is ter publicatie aangeboden.
Inmiddels ben ik afgestudeerd en doe ik wat klussen op de universiteit. Ik zou graag als PhD op de universiteit beginnen, maar er is op het moment een vacaturestop. Ik blijf in de buurt en hoop dat het ooit gaat lukken.’