‘Beantwoord niet de vraag die je gesteld wordt. Beantwoord de vraag waarvan je wilt dat die je gesteld wordt.’ Dit motto schijnen veel politici ter harte te nemen. En met succes: uit onderzoek blijkt dat de meeste mensen het niet opmerken als een politicus een moeilijke vraag ontwijkt door over iets anders te beginnen.
Dat vonden psychologen door mensen te laten kijken naar een gefingeerd tv-debat. Op een bepaald moment beantwoordde de politicus een vraag over drugsoverlast met een uitweiding over de gezondheidszorg. Totaal naast de kwestie, zou je zeggen. Toch had ongeveer de helft van de kijkers dit niet door. Als hun daarna werd gevraagd wat de interviewer eigenlijk vroeg, dachten zij dat de vraag daadwerkelijk ging over de gezondheidszorg.
Volgens de onderzoekers komt dit omdat wij te veel bezig zijn met de vraag of wij de politicus betrouwbaar en sympathiek vinden. Wij letten daarom ook bijvoorbeeld op lichaamshouding, stem- en taalgebruik, en welsprekendheid. Dat leidt onze aandacht af van wat hij of zij inhoudelijk nu eigenlijk zegt.
Het ontwijken van moeilijke vragen heeft een groot voordeel: gemiddeld werd een politicus competenter gevonden als hij een moeilijke vraag ontweek, dan als hij die op een eerlijke, maar weinig elegante manier beantwoordde (met veel eh’s en ah’s). Toch kleven er risico’s aan: als de kijker doorheeft dat vragen ontweken worden, schat hij de politicus in als onbetrouwbaar of oneerlijk. En de kijker is ook weer niet zó makkelijk te misleiden: als het antwoord heel erg naast de kwestie is, hebben de meeste kijkers het door. Als een politicus een vraag wil ontwijken, moet zijn antwoord dus wel enige link met de vraag houden.
De onderzoekers vonden een simpel trucje om de techniek voor de politici onbruikbaar te maken. Als de politicus een vraag beantwoordt, kan de vraag van de interviewer onder op het scherm worden afgebeeld. In dat geval merkten veel kijkers het op als de politicus bezijden de kwestie antwoordde.
The artful dodger: answering the wrong question the right way Door: T. Rogers & M. I. Norton Journal of Experimental Psychology: Applied, 2011, online gepubliceerd op 25 april, doi: 10.1037/a0023439