Lees verder
Jos de Bruin

Mijn schoonmoeder had geen hoge dunk van psychologie.

Een ‘slappe darmenstudie’ noemde ze het, meer iets voor praatjesmakers dan voor serieuze wetenschappers. Dat leek me dus wel iets. Om mijn praatjes moest ze tenslotte altijd erg lachen. En inderdaad, praatjesmakers volop in de psychologie. Neem de Groningse hoogleraar Sociale Psychologie Postmes, die pontificaal laat weten (nrc Next, 21 sept.): ‘Het zelfreinigend vermogen van de wetenschap is een mythe.’ Hij weet ook wel dat dit onzin is. Als het waar was dat ‘de wetenschap’ zichzelf niet corrigeert, leefden we nog steeds in grotten. Maar ja, met de open deur dat peer review geen garantie biedt tegen fraude haal je de krant niet en blijft de vraag hangen waarom juist psychologen elkaar slecht lijken te wassen.
Dat wetenschap haar glans wat lijkt te verliezen, wordt vooral geweten aan frauderende individuen die hun eigen data verzinnen. Er is echter meer aan de hand. Volgens Berenschot besteden universiteiten meer aan marketing en communicatie dan het bedrijfsleven. Waarbij met communicatie niet bedoeld wordt papers schrijven of lezingen geven, maar public relations. Wetenschap is leuk en moet zoveel mogelijk gedeeld worden. Dat is het positieve verhaal, maar daarachter gaat een hevige strijd om studenten en fondsen schuil.
De gezwollen taal en gebakken lucht die inherent zijn aan marketing en pr, zijn moeilijk te verenigen met wetenschappelijke normen als bescheidenheid, twijfel en exact formuleren. Een universiteitsbestuur koopt dure advertentieruimte (nrc Next, 3 oktober) om ons te laten weten dat een ‘reviewcommissie’ haar krachtige ambitie en prestatieafspraken roemt. Een ander bestuur geeft prijzen aan een mediagenieke econoom die zich van talkshow naar tijdschrift rept om ons kond te doen van het laatste economische inzicht: de mens is toch niet zo rationeel als economen voor de crisis dachten. Een schrale troost voor de gedupeerden, maar de Radboud Universiteit staat weer op de kaart. De commercie tooit zich overigens graag met een wetenschappelijk aura. Wetenschappelijk getest! Het neemt wel steeds grotesker vormen aan. De rollen worden zelfs omgedraaid: een frisdrankmerk laat een man, vijftig jaar nadat dit al eens gedaan was, van dertig kilometer hoogte omlaag vallen, en noemt dit schaamteloos een bijdrage aan de wetenschap. Omgekeerd lijken wetenschappers ook geneigd hun bullshit-antenne minder zuiver af te stellen.
Als de KNAW accepteert dat onderzoekers die meedenken over de grote wereldproblemen zonder ironie in de markt gezet worden als ‘Global Shapers’ (extra krachtig!), mag ze niet klagen als de wetenschap bij fraude dezelfde behandeling krijgt als Unilever bij de ontdekking van glas in een potje pindakaas. Universiteiten hebben gezamenlijk een Code Wetenschapsbeoefening opgesteld. Die code geldt echter alleen de individuele wetenschapsbeoefenaar. Om het vertrouwen te herstellen zouden universiteiten hun code misschien ook op zichzelf van toepassing moeten verklaren. Nu lijken de zorgvuldigheid, betrouwbaarheid, controleerbaarheid, onpartijdigheid en onafhankelijkheid waar deze code voor pleit, vooral bedoeld als rugdekking tegen losse, ontsporende praatjesmakers.


Jos de Bruin

Ontwerper cognitiemodellen, zelfstandig gevestigd