Hoe kunnen we organisaties veranderen? Een zinloze vraag eigenlijk, want wie zijn ‘we’, over welke organisaties hebben we het, en waarom moet er iets worden veranderd? Om tóch over organisatieverandering te kunnen schrijven, trekt adviseur en A&O-psycholoog Jaap Boonstra, hoogleraar Organisatiedynamiek aan ESADE Business School in Barcelona, alle factoren rond het begrip uit elkaar, om ze vervolgens in kleine groepjes weer met elkaar te verbinden. Zijn boek krijgt daardoor het karakter van een postzegelverzameling die telkens opnieuw wordt geordend. Postzegels kunnen we op land, waarde en tijdstip van uitgifte sorteren, maar ook op kleur, thema en formaat. Verder is het mogelijk een simpele tweedeling op een verzameling los te laten. Sommige postzegels zijn stempelfris, terwijl andere door afstempeling ongeldig werden.
Boonstra hanteert diverse indelingen. Hij past bijvoorbeeld kleuren toe. Machtspelletjes zijn dieprood, formele structuren blauw, turbulentie is oranje, motivatie helder rood, samenwerking groen en creativiteit wit. Tweedelingen duiken ook vaak op. Elke term krijgt bij Boonstra meer betekenis door er een contrasterend begrip tegenover te stellen. Zoals: weerstand en betrokkenheid. Of: zichtbaar en verhuld. Door de hoeveelheid tweedelingen leest het boek echter als een encyclopedie: ‘alles’ wat denkbaar is, wordt wel een keer (via een tegenstelling) aangestipt. Dat moet ook, want Boonstra weet dat we leven in een wereld waarin alles met alles samenhangt. Bij organisatieverandering richten we ons op de buitenwereld, maar die verandert meteen weer door onze gewijzigde organisatie.
Het belangrijkste begrip in dit boek is: spel. In de buitenwereld zijn tegenspelers te identificeren, maar we moeten het binnen en buiten de club vooral hebben van samenspel. In een team spelen de betrokkenen verschillende rollen. Boonstra toont hoe zulke rolverdelingen goed of slecht kunnen uitpakken. Wel benadrukt hij dat het spel van organisatieverandering geen definitieve winnaars kent. Een uitkomst die op het ene moment gunstig lijkt, kan later negatief worden beoordeeld. De buitenwereld zit immers niet stil.
Dit boek is rijk aan begrippen, maar erg arm aan voorbeelden. Pas tegen het einde noemt Boonstra concrete organisaties, maar de voorbeelden van hun verandering of pogingen daartoe, verduidelijken eigenlijk niets. Kopers van het boek worden uitgenodigd een website aan te klikken ‘met praktijkverhalen, presentaties, testjes, korte video’s, filmsuggesties, spelvormen en studievragen’. Toen ik me daar vervoegde, moest ik mij eerst registreren op naam en email-adres. Daar ben ik niet aan begonnen, ik heb geen zin jarenlang achtervolgd te worden door een uitgever die mij allerlei publicaties en trainingen wil verkopen. Jammer dat dit boek niet stevig op zichzelf kan staan. De papieren uitvoering heeft mij wel geleerd meer oog te krijgen voor posities van mensen binnen veranderende organisaties. Het boek lijkt mij zinvol voor psychologen die spelpatronen in hun eigen en andermans omgeving zichtbaar willen maken. En voor de encyclopedisten onder ons, de verzamelaars van begrippen.