Log in
De Joods-Duitse Kurt Baschwitz (1886-1968) werd tijdens de oorlog bij een razzia in Amsterdam opgepakt, en naar Westerbork overgebracht: voor deportatie naar het Oosten en een zekere dood. Hij kwam op het nippertje vrij door toedoen van zijn dochter. Hij dook onder, zij ging bij het verzet. Na de bevrijding was hij een van de allereersten die zijn oude bekende Otto Frank aanmoedigde het dagboek van diens dochter Anne te publiceren, waarvan inmiddels wereldwijd meer dan zeventig miljoen exemplaren zijn verspreid.
Jaap van Ginneken

Baschwitz werd vervolgens een van de oprichters van de spiksplinternieuwe Politieke en Sociale Faculteit aan de Universiteit van Amsterdam. Hij doceerde daarbinnen onder meer sociale psychologie, maar werd met name aartsvader van het nieuwe vak communicatiewetenschap. Zijn half dozijn boeken gingen echter vooral over vier grote thema’s uit de massapsychologie: massapers, massapolitiek, massapropaganda en massale vervolgingen. Veel ideeën daarin (bijvoorbeeld over cognitieve-dissonantiereductie en opinieleiderschap) waren hun tijd vèr vooruit. Een voorpublicatie uit de (verkorte) Nederlandse publiekseditie:

Ten onrechte vergeten

“Baschwitz was een van de vele pioniers van de psychosociale wetenschap die Joodse wortels had: vaak insider-outsiders die een scherpe blik ontwikkelden op de dubbelzinnigheden van de menselijke geest en van het maatschappelijk verkeer. Zoals veel van hen had hij eerder Duitsland moeten ontvluchten na het aan de macht komen van Hitler. Maar het lot maakte dat hij niet verder kwam dan Nederland: toen nog neutraal, later toch bezet. Hij was niet in de