Log in
Dit is een boek van een 65-jarige: iemand die het einde van zijn wetenschappelijke carrière naderbij ziet komen. Derksen zet alles wat hij weet bij elkaar met als doel een bijdrage te leveren aan de preventie van psychische aandoeningen. In een verantwoording vertelt hij dat een team van medewerkers hem hielp ‘in het verzamelen, evalueren en beschikbaar maken van het wetenschappelijk onderzoek naar de vroege kindertijd, de cognitieve ontwikkelingspsychologie, de hechtingstheorieën, de neurobiologie na de vroege ontwikkeling, de psychoanalytische theorieën en onderzoekingen’. Taalkundig hapert deze zin, de pretentie is er niet minder om.
Karel Soudijn

De auteur presenteert zijn inzichten in een literaire vorm. We moeten ons voorstellen dat hij op de motorfiets afreist naar een middelbare school in Brabant. Een fictieve Claire, directeur van die school, wil met hem praten over de vraag of er verband bestaat tussen opvoedpraktijken en de toename van het aantal psychologische en psychiatrische diagnoses. Het gesprek met Claire is letterlijk uitgeschreven. Haar vader is onlangs overleden. In zijn nalatenschap bevonden zich tal van aantekeningen over het genoemde vraagstuk. Die aantekeningen worden zo nu en dan hardop voorgelezen. Het boek kreeg op deze manier de vorm van een dialoog waarin de stem van een derde doorklinkt.

Hoe lang duurt het gesprek van Jan met Claire? Onze motorrijder arriveert voordat de lessen op school beginnen. Ze stoppen met praten tijdens de lunchpauze van de leerlingen. Alles bij elkaar zullen ze vier uur met elkaar in gesprek zijn geweest. Deze schatting is relevant met het oog op de leesbaarheid van het verhaal.