Introductie
Al ruim honderdvijftig miljoen jaar wordt de aarde bevolkt door mieren. Da’s best lang. Wij, de homo sapiens, zijn er nog maar zo’n tweehonderdduizend jaar. Bovendien zijn mieren niet alleen behoorlijk lang aanwezig, ze zijn ook nog eens tamelijk succesvol. Niet alle mieren zijn hetzelfde, maar de soort komt werkelijk overal voor. De mier heeft zich telkens subliem weten aan te passen aan haar omgeving en benut haar omgeving op een uiterst slimme manier. Mieren maken grote bouw werken die vaak generaties lang mee gaan. Mieren doen aan landbouw en ze beschermen hun leefgebied tegen indringers van buiten [1, 2]. Tijdens al die activiteiten werken mieren goed samen. Het is door die onderlinge samenwerking dat mieren het al zo lang zo goed voor elkaar hebben [3, 4].
Ondanks dat de menselijke soort er nog maar pas is, is ook die best goed bezig. Wereldoorlogen, natuurrampen en pandemieën ten spijt, heeft de menselijke soort door