Propranolol wordt wel gezien als zo’n vergeetpil. Deze bètablokker blijkt onder meer angst voor spinnen te kunnen reduceren, vertelt covergirl Merel Kindt in een mooi interview in dit nummer. Net als Draaisma liet zij zich inspireren door het werk van Karim Nader. Deze neurowetenschapper activeerde aan het begin van deze eeuw bij ratten een angstrespons en injecteerde ze vervolgens direct met een stof die in de amygdala de eiwitsynthese blokkeerde. Wat bleek? De angstrespons verdween. Kindt: ‘Ik dacht meteen: als dit toch klopt en we dit bij mensen kunnen aantonen, dan is dat heel groot nieuws voor de klinische praktijk.’
Dit nummer bevat meer nieuws voor de klinische praktijk. Justine Aaronson en collega’s deden onderzoek naar slaapapneu bij patiënten met een beroerte. Slaapapneu kan bij hen tot aanzienlijke cognitieve en functionele beperkingen in het dagelijks leven leiden. Apneu is bij de ‘gewone’ populatie na slapeloosheid de meest voorkomende slaapstoornis. Aaronson cs. verwachten dat de prevalentie van apneu in de komende jaren alleen nog maar verder zal stijgen door de vergrijzing en toename van overgewicht. ‘Het is daarom van belang om ook bij andere doelgroepen bij klachten van vermoeidheid, slaperigheid, vergeetachtigheid en verminderde concentratie altijd bedacht te zijn op slaapapneu, aangezien het een goed behandelbare aandoening is.
Wat steeds vaker voorkomt bij kinderen is (ernstige) obesitas; bij kinderen in de laagste inkomensklasse zelfs driemaal zo vaak als bij kinderen in de hoogste inkomensklasse, schrijven Jutka Halberstadt en Jaap Seidell. ‘Zeker ernstige obesitas kan grote nadelige gevolgen hebben op zowel de korte als lange termijn voor zowel het individuele kind als de maatschappij. Obesitas is een chronische ziekte met een complex scala aan oorzaken die een integrale aanpak vereisen waarbij preventie en zorg worden verbonden.’