Log in
Onze columnist dit jaar is Harold Bekkering, hoogleraar Sociocognitieve Neurowetenschappen aan het Donders Institute for Brain Cognition and Behaviour. Een psycholoog met een brede belangstelling en vol anekdotes en verhalen. Over waarom hij op de middelbare school weigerde zijn best te doen, over waarom hij niet aan spelling deed en hoe hij als negenjarige een kaartwedstrijd won.
Geertje Kindermans

Harold Bekkering was een jongen die zijn stagevergoeding integraal omzette in Belgisch bier en die in een café zijn theorie uiteenzette dat je evolutionair gezien het beste meisjes met tijgerrokjes kon versieren. Bovendien was hij niet erg gemotiveerd op school, zijn prioriteiten lagen elders. Daarom zagen zijn vrienden van de middelbare school het niet aankomen dat hij het nog ver zou schoppen in de academische wereld. Bekkering werd al jong hoogleraar Cognitieve Psychologie aan het Donders Institute for Brain Cognition and Behaviour. Binnenkort zal hij het instituut weer gaan leiden, een taak die hij afwisselend met andere directeuren van het Donders op zich neemt. Hij sleepte vele belangrijke subsidies binnen, waaronder de NWO-VICI in 2005, meerdere Europese beurzen en droeg bij aan het NWO Zwaartekrachtprogramma in 2012 van 27,6 miljoen euro.

Zijn vrienden van de middelbare school praten met warmte over hem, ze zien elkaar nog regelmatig. Bekkering is grappig, spontaan, slim en vol babbels. Jaarlijks maken ze een fietstocht met elkaar. ‘Harold