Storende stoornissen
Eerste spreker is prof. dr. Paul Schnabel, socioloog en universiteitshoogleraar bij de Universiteit Utrecht. Hij opent zijn lezing Persoonlijkheidsstoornissen als sociaal verschijnsel met een anekdote over zijn zus die, ‘tot ieders opluchting’, aan de man raakt. Dan leert zij haar schoonfamilie kennen: ‘Niet per se een opluchting.’ Schnabel zegt tegen zijn zus: ‘Jouw schoonmoeder, dat lijkt me een nogal depressieve vrouw.’ Waarop zij antwoordt: ‘Nee hoor, zo is ze altijd.’
Kortom, het syndroom is samengevallen met de persoonlijkheid. Gelach vanuit de zaal en een gedroomde opening voor Schnabel, die enorm weet te boeien met zijn verhaal. Hij bewijst bovendien dat een lezing zonder powerpoint prima kan.
Wanneer wordt gedrag nu een stoornis? Volgens Schnabel bestaan er simpelweg twee soorten persoonlijkheidsstoornissen: die waar andere mensen last van hebben en die waar ze niet of nauwelijks last van hebben. Onder de eerstgenoemde categorie vallen moordenaars, verkrachters en dierenbeulen, de tweede soort zien we op televisie.