Lees verder
‘Mama, moet je kijken, een reuzekonijn!!' ‘Nee lieverd, dat is een haas.’
Anne-Laura van Harmelen

‘Een wat?’

‘Een haas lieverd. Dat lijkt op een konijn, maar.. euh….’ En daar stopte mijn kennis over hazen. ’s Avonds op Wikipedia lees ik over de haas. Ze kunnen sprongen van 1,2 meter maken. Dat kan ik ook, denk ik. ‘De haas leeft voornamelijk solitair, maar duldt soortgenoten naast zich. Ze vertrouwen echter geen vreemde hazen.’

Het doet me een beetje denken aan sluwe wetenschappers – zij die hun data of code niet willen delen, en die alles op alles zetten om zelf vooruit te komen in hun carrière. Er werd mij laatst gevraagd of ik zo’n harde carrièrepersoon was. Met mijn CV vol successen moest ik wel zo’n haas zijn.

In de wetenschap houden we elkaar wat voor het lapje. We delen prijzen, beurssuccessen, publicaties in toffe bladen met mooie persberichten waar foto’s van de onderzoeker in kwestie bij staan – wow wat een sterren zijn dat! We geven de prijzen zelfs namen die dit impliceren, zoals de ‘Rising star awards’. Deze ‘sterren’ krijgen op basis van zulke successen promotie, samenwerkingen, onderzoeksfinanciering.

Deze vicieuze cirkel wordt wel het Matthew-effect1 genoemd. We schrijven successen toe aan eigenschappen van de personen zelf: zij moeten wel harder werken, slimmer zijn, meer talent hebben etc. We doen net of deze personen helemaal in hun uppie werken, maar daarbij vergeten we dat ze op de schouders van hun collega’s staan. Ikzelf dank mijn carrière in grote mate aan fantastische projecten met collega’s, aan alle adviezen van mentoren, en het feit dat ik met briljante studenten mocht werken. Wetenschap is teamwork, dat doe je niet in je eentje.

De tweede fout bij het adoreren van ‘helden’ in de wetenschap is dat we alleen maar oog hebben voor hun success, en niet voor de enorme ijsberg aan mislukkingen die onder het zichtbare topje van het succes drijft. Achter elke succesvolle beursaanvraag gaan tien mislukkingen schuil, achter elke prijs zes afwijzingen. Mijn succesvolste paper werd liefst zeven keer door evenveel wetenschappelijke bladen afgewezen. Natuurlijk werk ik keihard, maar dat doen anderen evengoed. Het voornaamste wat succesvolle mensen van net iets minder succesvolle onderscheidt, is geluk2. Geluk om op de juiste plaats op het juiste moment te zijn, geluk dat er iemand was om op de kinderen te passen, geluk dat een collega nou juist die ene analyse suggereerde.

Dit deed me denken aan het apocriefe verhaal over een hoogleraar die kandidaten selecteerde voor een baan door de stapel CV’s in tweeën te delen, en de helft in de prullenbak te gooien. ‘Iemand die voor mij wil werken moet namelijk wel een beetje geluk hebben,’ sprak ze.

Gelukkig is er een beweging op gang die inziet dat wetenschap teamwork is, dat ieder andere talenten heeft en dat promoties niet alleen gebaseerd zijn op publicaties in toffe bladen: het nieuwe ‘erkennen en waarderen’3.

Met een beetje geluk is deze cultuuromslag succesvol.

Bronnen:

  1. Bol, T., de Vaan, M., & van de Rijt, A. (2018). The Matthew effect in science funding. Proceedings of the National Academy of Sciences, 115(19), 4887-4890.
  2. Pluchino, A., Biondo, A. E., & Rapisarda, A. (2018). Talent versus luck: The role of randomness in success and failure. Advances in Complex systems, 21(03n04), 1850014.
  3. https://www.vsnu.nl/files/documenten/Domeinen/Onderzoek/Position%20paper%20Ruimte%20voor%20ieders%20talent.pdf

Foto: Stijn Rademaker