Lees verder
Hoe meer psychologen ik spreek, hoe meer het mij duidelijk wordt dat er een groot probleem gaande is. Een probleem dat zich onder de radar afspeelt en daardoor in omvang groeit.
Karin van Maurik

Een probleem dat grote consequenties kan hebben voor de toekomst van de psychologische zorg.

Het probleem waar ik het over heb? Een strategie die de psychologen die ik spreek toepassen om ‘de werkdag door te komen’. Niet omdat het werk inhoudelijk te zwaar is, maar omdat ze zich gedwongen voelen. Noem het gerust een beschermingsstrategie om het vak als psycholoog vol te houden. Veel psychologen voelen zich gedwongen die toe te passen om een stuk van zichzelf uit te schakelen. Of zoals psychologen mij vertellen: ‘Als ik er moet staan, gaat de deur naar mijn emoties een stuk dicht.’ Of: ‘Aan het einde van de dag merk ik pas wat het daadwerkelijk met me gedaan heeft.’

Met jezelf uitschakelen bedoel ik dat je als het ware een filter over jouw emoties plaatst. Ze mogen er wel zijn, maar in beperkte mate. Emoties onder voorbehoud, zeg maar. Maar hoe kan het dat psychologen die zelf het belangrijkste instrument zijn in hun vak, juíst hun emoties, fijngevoeligheid, intuïtie, het contact met hun lichamelijke reacties op een lager pitje moeten zetten omdat ze anders zelf aan de andere kant van de tafel moeten plaatsnemen?

Dat betekent immers dat psychologen niet hun volledige capaciteit kunnen inzetten om anderen te helpen, omdat ze anders, binnen de huidige omstandigheden, zelf omvallen. En tja… wie helpt er dan gezien het grote tekort? Daar bovenop komt dat ik regelmatig hoor dat de psychologen die zelf omgevallen zijn zich hiervoor schamen én de conclusie trekken ‘dus ik ben niet geschikt om als psycholoog te werken’. Waardoor het probleem onder de radar blijft en we juist hele bekwame psychologen kwijtraken in de geestelijke gezondheidszorg. En het zijn niet alleen de jonge psychologen die daar tegenaan lopen maar ook de ervaren, soms zelfs doorgewinterde.

Het mooie is dat diezelfde psychologen de oplossing benoemen. Ze weten namelijk heel goed waar ze behoefte aan hebben. Wat ze nodig hebben om zichzelf optimaal als instrument in te kunnen zetten.

Waar ze behoefte aan hebben, is ruimte. Zowel ademruimte als speelruimte. Dus ruimte om adem te halen tussen afspraken door en ruimte voor creativiteit. Ruimte om bij collega’s binnen te lopen en ruimte om ideeën uit te proberen. Ruimte om aan te geven dat er geen match is met een cliënt en ruimte om buiten de lijntjes te kleuren. Ruimte om bezig te zijn met onze core business en ruimte om spreekkamers te personaliseren of te verplaatsen, bijvoorbeeld naar buiten. Ruimte om jezelf te mogen zijn en je talent te benutten.

Die ruimte kan vanaf nu gecreëerd worden. Vertrouwen is het enige dat daarvoor nodig is. Heb gewoon vertrouwen in de psychologen, in ons. We werken namelijk vanuit een innerlijke passie, van mens tot mens, omdat we oprecht anderen willen helpen. Dat hoeft toch niet streng omkaderd te worden?