Bestaat die wiskundeknobbel dan toch? Wetenschappers verbonden aan Stanford University en Vanderbilt University constateerden dat kinderen met een grotere hippocampus meer opsteken van bijles wiskunde. Zij publiceerden daarover in de Amerikaanse Proceedings of the National Academy of Sciences.
Om meer te weten te komen over de neuronale mechanismen die ten grondslag liggen aan het feit dat sommige kinderen zich sneller wiskundevaardigheden eigen maken dan andere, boden de onderzoekers 24 kinderen van acht a negen jaar oud gedurende acht weken op individueel niveau intensief bijles aan. Voor de start van de bijles werd bij alle kinderen een fmri-scan gemaakt. Onderzoeksvraag was of die hersenscans en gedragsmaten zoals intelligentie, werkgeheugen en rekenvaardigheden individuele verschillen in wiskundevaardigheden konden voorspellen.
Dat bleek voor geen van die gedragsmaten op te gaan. Analyses van de hersenscans leverden wat dat betreft veel meer op. De kinderen die het meest hadden opgestoken van de bijlessen, hadden op die scans ook een opvallend grotere hippocampus. Dit kleine gebiedje diep in de hersenen heeft de vorm van een zeepaardje en is cruciaal voor ons geheugen en ruimtelijk inzicht. Ook het aantal verbindingen vanuit de hippocampus met hersengebieden als de dorsolaterale en ventrolaterale cortex en de basale ganglia voorspelden de individuele verschillen in wiskundevaardigheid goed.
De onderzoekers concluderen dat metingen van de anatomie van het brein en van de verbindingen tussen hersengebieden goede aanknopingspunten kunnen bieden om op maat gesneden trainings- en interventieprogramma’s voor kinderen te ontwikkelen. (VB)
Bron: Supekar, K., Swigart, A.G., Tenison, C., Jolles, D.D., Rosenberg-Lee, M. et al. (2013). Neural predictors of individual differences in response to math tutoring in primary-grade school children. PNAS, 110(20), 8230-8235
