Lees verder
Goede voornemens werken alleen als je iets écht wilt én kunt. Dat laatste is meteen de grootste uitdaging voor 2021. Door de corona-uitbraak kunnen we niet alles meer zomaar doen. Daarnaast zijn onze intenties meestal goed, maar is de uitvoering vaak lastiger dan we kunnen inschatten.
Mischa Coster, Carla van Lier

Rond de jaarwisseling neemt dit vaak een extra confronterende vorm aan. We denken terug aan onze goede voornemens van het afgelopen jaar en formuleren nieuwe voornemens voor het komende jaar. Op dat moment geloven we ook dat we ons hieraan kunnen houden. Sterker nog, uit onderzoek naar de zogenoemde optimisme-bias weten we dat we onze toekomstige daden altijd wat rooskleuriger zien dan objectief te verwachten valt. Dat is niet erg. Dat is gewoon menselijk. Al is het wel handig je daar bewust van te zijn.

‘Uit onderzoek naar de zogenoemde optimisme- bias weten we dat we onze toekomstige daden altijd wat rooskleuriger zien dan objectief te verwachten valt’

Het ligt niet aan mij

Ook menselijk: als het goed gaat, hebben we dat aan onszelf te danken. Maar als het niet lukt, ligt het aan anderen of de omstandigheden. De zogenoemde selfserving bias. Maar wat nu als de omstandigheden objectief gezien ons voorgenomen gedrag écht moeilijker maken? Zoals nu het geval is tijdens de corona-uitbraak. We kunnen simpelweg niet alles doen op de manier waarop we dat het liefste zouden willen. ‘Meer vakantie nemen’, ‘toch die zumba-les volgen’, ‘vaker oma bezoeken’ lijken haalbare voornemens, maar zijn ineens praktisch veel lastiger geworden. We kunnen dus legitiem de schuld buiten onszelf leggen. Maar liever zien we onze voornemens realiteit worden, toch? Dit kan door goede voornemens nu meer ‘bij onszelf te houden’. Bedenk voornemens die minder afhankelijk zijn van externe factoren, plannen die je ook thuis of alleen kunt realiseren. Of bedenk doelen die je juist – in lijn met afgelopen jaar – minder wilt doen. Maar dan wel met een positieve insteek.

Positief formuleren

Het werkt namelijk beter om niet alleen te bedenken wat je niet meer wilt doen of te weinig doet, maar ook wat je dan wél gaat doen. Dus als je ’s avonds minder wilt Netflixen, bedenk dan wat je daarvoor in de plaats wilt doen. Bijvoorbeeld ‘meer tijd met de kinderen doorbrengen’. Of ‘vaker (digitaal) afspreken met vrienden’ in plaats van ‘minder reizen’, ‘vaker koken’ tegenover ‘minder uit eten’ en ‘meer (video)bellen met familie’ als alternatief voor ‘minder WhatsApp-en’.

Kleine stapjes

Plannen maken is vaak al lastig, zeker in deze tijd. Toch is het belangrijk om kleine concrete stappen te zetten. Dit kan volgens het Behavior Model van sociaal wetenschapper Brian Jeffrey Fogg. Hierbij formuleer je goede voornemens als ‘baby steps’ zodat je ze sneller behaalt en je je daar ook goed over kunt voelen. Bijkomend voordeel: door kleine stapjes te maken kun je deze ook makkelijker bijsturen in het geval externe factoren (lees: corona-ontwikkelingen) je plannen dwarsbomen.