Hans Hogewind werd tijdens zijn stage al aan zijn jasje getrokken. ‘Voel je er wat voor om te blijven na je afstuderen?’ Dat zag hij wel zitten. Nu heeft hij een jaarcontract als basispsycholoog op de afdeling Kinderen en Jeugd van de ggz Noord-Holland-Noord in Hoorn. De switch van het studentenleven naar het arbeidzame bestaan verliep derhalve soepel, en was al met al een geleidelijk proces.
‘In totaal heb ik tien maanden stage gelopen. Ik werkte met kinderen en jongeren op het gebied van diagnostiek, behandeling en begeleiding. Het was een goede leeromgeving, vooral omdat er zoveel disciplines bij elkaar komen: psychiaters, psychologen, orthopedagogen, vaktherapeuten, noem maar op. In het begin was het vooral meekijken. Ik werd goed begeleid en kon zelf aangeven wanneer ik klaar was om bijvoorbeeld een intake- of een oudergesprek te doen.’
Wat betreft de individuele begeleiding moest hij zelf het wiel uitvinden. Hoe voer je nou zo’n gesprek? Hoe bouw je een werkrelatie met de cliënt op? ‘Ik merkte dat je je eigen stijl moet ontwikkelen, en vooral eerlijk en open moet zijn. Op die manier kun je zo’n jongere bij de kladden pakken en het vliegtuig laten opstijgen.’
Als stagiair werd hij serieus genomen, hoefde bijvoorbeeld geen lullige klusjes te doen als koffie halen. ‘Er ontstond gaandeweg een goede werkrelatie met collega’s. In het autismeteam heb ik bijvoorbeeld veel kennis opgedaan en daar werd ik ook door collega’s buiten het team op aangesproken, bijvoorbeeld in verband met een schoolobservatie of niveaubepaling. Dan voel je je wel een volwaardige collega.
Nu is het studentenleven wel voorbij, maar dat heb ik volop beleefd. Ik was ooit begonnen met de studie rechten, was actief bij het Amsterdamsch Studenten Corps en woonde op een studentenhuis, dus dan weet je het wel.’
Das war einmal, nu is het serieus aan de bak. ‘Maar met veel plezier hoor. Ik haal veel voldoening uit het werken met jongeren en hun ouders. Het volgende doel is een gz-opleiding, zodat ik zelfstandig kan optreden als diagnosticus en behandelaar. Want het is lang niet vanzelfsprekend om als basispsycholoog in de tweedelijnszorg te werken.’