Lees verder
Als er een Nobelprijs voor de Economie bestaat, wordt het dan niet ook tijd dat er een Nobelprijs voor de Psychologie komt? Die vraag vormde het uitgangspunt voor de redactie van De Psycholoog om als gedachtenexperiment zo’n verkiezing te organiseren. Vier categorieën werden er onderscheiden: ‘Internationaal, postuum’, Internationaal, actueel’, ‘Nationaal, postuum’ en ‘Nationaal, actueel’. En de winnaars zijn…

Inleiding

Sinds 1901 worden er vijf klassieke Nobelprijzen uitgereikt: die voor de Natuurkunde, die voor de Scheikunde, die voor de Geneeskunde of Fysiologie, die voor de Literatuur en die voor de Vrede. Sinds 1969 wordt, op initiatief van de Zweedse centrale bank, ook de Nobelprijs voor Economie uitgereikt.

Als er een Nobelprijs voor Economie bestaat, wordt het dan niet ook tijd dat er een Nobelprijs voor de Psychologie komt? Heeft de laatste economische crisis immers niet aangetoond dat de homo economicus – het mensbeeld van menig econoom dat de mens schetst als een wezen dat zijn behoeften louter rationeel bevredigt – zo realistisch niet is? Lijkt deze crisis niet vooral een vertrouwenscrisis te zijn? En vertrouwen, de smeerolie van al het economische en sociale verkeer, is toch bij uitstek een psychologisch concept?

Overigens ontvingen twee psychologen die dat simpele mensbeeld hebben ontkracht ooit de Nobelprijs voor Economie. Herbert Simon, lang verbonden aan Carneggie Mellon University, won de prijs in 1978. Hij toonde aan dat managers helemaal niet zulke rationele beslissingen nemen, maar die beslissingen juist baseren op veel onzekerheid en subjectieve overwegingen. Daniel Kahneman, nog immer verbonden aan Princeton University, kreeg de prijs in 2002. Hij liet samen met zijn in 1996 overleden collega Amos Tversly zien dat het economische beslisproces aan allerlei irrationele vertekeningen onderhevig is.

De Psycholoog, het vaktijdschrift van het Nederlands Instituut van Psychologen (NIP), bestaat vijftig jaar. Aanleiding voor de redactie om voor dit oktobernummer, in de maand dat ook de traditionele Nobelprijzen én de Nobelprijs voor Economie weer bekend worden gemaakt, wat af te wijken van de gebruikelijke nummers en – louter als gedachtenexperiment – de officieuze verkiezing voor de Nobelprijs voor de Psychologie te organiseren.

Aan de echte Nobelprijzen gaan geen verkiezingen vooraf, evenmin worden Nobelprijzen postuum uitgereikt. In een (hyperbolisch) gedachtenexperiment is het evenwel geen bezwaar om wel een verkiezing te organiseren of een Nobelprijs voor de Psychologie wel postuum uit te reiken. We besloten vier categorieën te onderscheiden met bijbehorende onderzoeksvraag:

  1. Welke niet meer in leven zijnde internationale psycholoog verdient postuum de Nobelprijs voor de Psychologie?
  2. Welke internationale psycholoog verdient nu de Nobelprijs voor de Psychologie?
  3. Welke niet meer in leven zijnde Nederlandse psycholoog verdient postuum de Nobelprijs voor de Psychologie?
  4. Welke Nederlandse psycholoog verdient nu de Nobelprijs voor de Psychologie?

Daar het hier exploratief onderzoek betreft – misschien is pre-exploratief onderzoek nog wel een betere typering –, zijn er geen hypothesen opgesteld wie in welke categorie zou winnen dan wel de meeste kans zou maken.

Methode

De bekendmaking van dit gedachtenexperiment is hoofdzakelijk via nieuwsbrieven, berichtjes op de site van het NIP en via sociale media (LinkedIn en Twitter) gedaan – in de hoop dat het nieuws over deze verkiezing viral zou gaan. Ook uitgever Boom Psychologie en Psychiatrie besteedde op haar website en in haar nieuwsbrieven aandacht aan deze verkiezing, met de aankondiging onder alle inzenders een verrassingsboekenpakket te verloten.

In alle vier de categorieën konden tussen donderdag 7 mei en zondag 7 juni 2015 psychologen/wetenschappers worden voorgedragen via www.psynip.nl, al dan niet met een korte motivatie. Uit die nominaties zouden, zoals op de site meegedeeld bij deze verkiezingsronde, vervolgens per categorie maximaal tien psychologen worden genomineerd voor de Nobelprijs voor de Psychologie.

Van maandag 8 juni 2015 tot en met vrijdag 17 juli 2015 konden vervolgens de definitieve stemmen worden uitgebracht. Diegenen die hun email-adres in de nominatieronde hadden achtergelaten, werden daar per mail aan herinnerd. Wederom werd er via nieuwsbrieven, sociale media en een zogeheten ‘stopper-advertentie’ in de laatste De Psycholoog voor de zomervakantie nogmaals de aandacht op gevestigd dat de definitieve stemronde was gestart.

Om een indicatie van de stemmers te krijgen is er in de tweede ronde tevens gevraagd naar geslacht, leeftijd, opleiding, wel of geen (student) psychologie, ook om mogelijk een vergelijking te kunnen maken tussen psychologen en psychologiestudenten versus ‘het grote publiek’.

Resultaten

Allereerst is voor elke categorie geturfd hoe vaak iemand werd genomineerd. Vervolgens is besloten de vijf psychologen met de meeste voorkeurstemmen te nomineren voor de Nobelprijs voor de Psychologie. Alleen in de categorie Nationaal, Actueel werd besloten tien psychologen te nomineren.

Aan de nomineerronde (N=76) deden aanmerkelijk minder mensen mee dan uiteindelijk aan de verkiezingsronde (N=250; van wie niet iedereen overigens in elke categorie een stem uitbracht). Zoals vooraf ook meegedeeld zou de genomineerde met de meeste stemmen in de desbetreffende categorie de Nobelprijs voor de Psychologie winnen. Dat heeft de volgende uitslag opgeleverd.

Internationaal, postuum

Welke niet meer in leven zijnde internationale psycholoog verdient postuum de Nobelprijs voor Psychologie? Onderstaande psychologen zijn uiteindelijk genomineerd, met tussen haakjes een kort citaat uit de aangeleverde motivaties:

  • De Amerikaanse filosoof en psycholoog William James (‘Vanwege zijn funderende publicaties waaronder het nog altijd aansprekende Varieties of religious experience’);
  • de Zwitserse psychoanalyticus Carl Gustav Jung (‘Zijn integrale kijk op de psychologie, filosofie en psychiatrie maakt zijn theorie nog passend in de huidige tijd!’);
  • de Duitse bioloog en psycholoog Oscar Pfungst (‘Hij toonde aan dat het paard Slimme Hans niet kon rekenen, maar reageerde op subtiele, niet-verbale betekenis in het publiek; hij is van grote betekenis voor de methodenleer in de psychologie’);
  • de Amerikaanse sociaalpsycholoog Stanley Milgram (‘Omdat hij heeft laten zien waartoe wij in staat zijn als we niet afgaan op ons eigen vermogen te voelen waar we werkelijk mee bezig zijn’);
  • de Amerikaanse psychotherapeut Carl Rogers (‘Hij leerde ons de juiste houding en bejegening jegens de mensen met wie wij werken: onvoorwaardelijke acceptatie van de ander als mens, ook als je haar/zijn gedragingen afkeurt of graag anders zou zien’).

Carl Rogers ‘wint’ de Nobelprijs in deze categorie (zie tabel 1).

Internationaal, actueel

Welke internationale psycholoog verdient nu de Nobelprijs voor Psychologie? Onderstaande psychologen zijn uiteindelijk genomineerd, met tussen haakjes een kort citaat uit de aangeleverde motivaties:

  • De Zweeds-Amerikaanse psycholoog Karl Anders Ericsson van Florida State University (‘Hij heeft empirisch fraai laten zien dat het verkrijgen van expertise niet zozeer een kwestie van talent is, maar veeleer van bloed, zweet en tranen en deliberate practice’);
  • De Amerikaanse Harvard-psycholoog Jerome Bruner (‘Hij geldt als een van de grondleggers van de cognitieve benadering in de psychologie, en omdat hij op 1 oktober 100 wordt kunnen we hem nog nét tijdens zijn leven met een Nobelprijs vereren’);
  • De Israëlisch-Amerikaanse Princeton-psycholoog Daniel Kahneman (‘Hij heeft er weliswaar al een voor de Economie, maar hij mag er een extra voor zijn onderzoek naar irrationaliteit omdat het binnen de psychologie valt’);
  • De Amerikaanse psychologe Francine Shapiro (‘Vanwege het opstellen van het eerste EMDR-protocol waarmee universeel mensen een behandeling kunnen ontvangen voor psychologisch trauma’);
  • De Italiaans-Amerikaanse Stanford-psycholoog Philip Zimbardo (‘Hij heeft laten zien dat omstandigheden ervoor kunnen zorgen dat (bijna) alle mensen in staat zijn gruwelijke dingen te doen’).

Zoals te zien in tabel 2 ‘wint’ Daniel Kahneman de Nobelprijs in deze categorie.

Nationaal, postuum

Welke niet meer in leven zijnde Nederlandse psycholoog verdient postuum de Nobelprijs voor Psychologie? Onderstaande psychologen werden genomineerd, met tussen haakjes korte motivaties:

  • De Amsterdamse psycholoog Nico Frijda (‘Beste emotieonderzoeker ooit’);
  • De Amsterdamse methodoloog Adriaan de Groot (‘Vanwege zijn grote betekenis voor de ontwikkeling van wetenschap in het algemeen en de psychologie in het bijzonder’);
  • De Groningse psycholoog Gerard Heymans (‘Hij is de grondlegger van de Nederlandse psychologie en van de empirische studie van de persoonlijkheid’);
  • De Utrechtse psycholoog Piet Vroon (‘Omdat hij de psychologie onder de aandacht van het grote publiek bracht, maar er ook kritisch op was’);
  • De Leidse psycholoog Willem Albert Wagenaar (‘Omdat hij liet zien hoe je praktische vraagstukken op een elegante wijze systematisch kunt onderzoeken’).

Nico Frijda ‘wint’ de Nobelprijs in deze categorie (tabel 3).

Nationaal, actueel

Welke Nederlandse psycholoog verdient nu de Nobelprijs voor Psychologie? Onderstaande psychologen werden genomineerd, met tussen haakjes ook een kort citaat uit de aangeleverde motivaties:

  • Klinisch psycholoog Paul de Bont (‘Voor zijn taboedoorbrekende onderzoek naar trauma en psychose’);
  • Methodoloog Denny Borsboom (‘Met zijn netwerkmodellen van psychopathologie laat hij zien dat de kern van psychopathologie comorbiditeit is, terwijl de DSM die comorbiditeit bijna ontkent’);
  • Klinisch psycholoog Jan Derksen (‘Hij heeft heel veel gedaan en doet heel veel voor eerstelijnspsychologen, zowel op vakinhoudelijk gebied als op opleidingsgebied van studenten en postdocs in de praktijk’);
  • Sociaalpsycholoog Ap Dijksterhuis (‘Vanwege het voor een groot publiek begrijpelijk maken van het onbewuste’);
  • Geheugenpsycholoog Douwe Draaisma (‘Vanwege zijn glasheldere boeken over het geheugen’)
  • Persoonlijkheidspsycholoog Hubert Hermans (‘Vanwege de ontwikkeling van de Zelfconfrontatie-methode);
  • Persoonlijkheidspsycholoog Willem Hofstee (‘Omdat hij altijd één niveau dieper denkt dan zijn vakgenoten’);
  • Taalpsycholoog Pim Levelt (‘Internationaal de meest prominente onderzoeker van zijn generatie’);
  • Rechtspsycholoog Harald Merckelbach (‘Heeft met zijn onderzoek een belangrijke bijdrage aan de rechtspsychologie geleverd’);
  • Neuropsycholoog Erik Scherder (‘Niet alleen is zijn vakgebied – beweging bij ouderen – ontzettend actueel en relevant, hij weet het ook nog eens zodanig naar een enthousiasmerend lekenpraatje te vertalen, dat hij het publiek om zijn vingers windt’).

Zoals te zien in Tabel 4 ‘wint’ Harald Merckelbach de Nobelprijs in deze categorie.

Noot: Bij het voordragen van kandidaten in deze categorie viel in het bijzonder de zeer frequente nominatie van Ingeborg Bosch op, met uitgebreide epistels waarom zij, als grondlegger van Past Integration Therapy, de Nobelprijs voor de Psychologie zou moeten krijgen. Dat maakte ons achterdochtig. Daar deze verkiezing louter als gedachtenexperiment is bedoeld en niet als marketinginstrument, besloten we de kandidatuur van Bosch als ‘uitbijter’ te beschouwen en haar niet te nomineren.

Het grote publiek

Het aantal niet-psychologen bleek te klein om afzonderlijke analyses voor ‘het grote publiek’ te doen. Die analyses zijn dan ook achterwege gelaten.

Discussie

Waar onderzoek gedaan wordt, worden fouten gemaakt; questionable research practices en erger te over de laatste jaren.

Zo is in onderhavig gedachtenexperiment nagelaten te vragen of een Nobelprijs voor de Psychologie überhaupt een goed idee is; we zijn dit in al ons naïeve enthousiasme gewoon vergeten. Kritiek als dat deze verkiezing te veel is opgesteld als populariteitspoll kunnen we evenmin als onheus afdoen. Maar nogmaals: het was een gedachtenexperiment, niets meer en niets minder. Wellicht dat deze pre-exploratieve queeste nog eens aanleiding vormt voor een serieuze lobby voor deze prijs dan wel tot meer confirmatief onderzoek naar een Nobelprijs voor de Psychologie.

Desalniettemin: Carl Rogers, Daniel Kahneman, Nico Frijda en Harald Merckelbach die in respectievelijk de categorieën ‘internationaal, postuum’, ‘internationaal, actueel’, ‘nationaal, postuum’ en ‘nationaal, actueel’ de Nobelprijs voor de Psychologie winnen – het zijn namen die beslist niet (zouden hebben) misstaan als ons vakgebied echte Nobelprijzen kende. Dat er over te twisten valt of wellicht toch niet andere psychologen deze eer te beurt zou moeten vallen, illustreren de twee als kaders opgenomen gastcolumns reeds.

Hoe dan ook hopen we dat de uitkomst van deze verkiezing tot nog heel veel meer verbale twist bij koffie, thee en borrel mag leiden. En misschien kunt u direct eens discussiëren over of een verkiezing van ‘De Psycholoog des Vaderlands’ opportuun of zelfs noodzakelijk is.