Log in
In de rubriek Veni Vidi Vici wordt per aflevering een onderzoek belicht. Deze editie een Vidi-beurs. Deze keer: Daniel Oberski universitair hoofddocent in Datawetenschappen, Methodologie en Statistiek aan de Universiteit Utrecht ontving in 2019 een Vidi-subsidie. Samen met Laura Boeschoten, onderzoeker aan dezelfde universiteit, ontwikkelt hij een nieuwe manier om sociaal wetenschappelijk onderzoek te doen met gebruikmaking van de schatkamer van de big data die er permanent over ons verzameld worden.
Geertje Kindermans

We laten allemaal digitale sporen na. We twitteren, zetten berichten op Facebook, liken berichten, appen, zoeken op Google. Onze telefoon houdt bij waar we ons bevinden. Pintransacties vertellen wanneer we hoeveel geld uitgeven, de bonuskaart houdt bij wát we kopen, via muziekdiensten is te achterhalen waarnaar we luisteren. Netflix weet wat we kijken.

Enzovoort. Lange tijd leek deze oneindige hoeveelheid aan Big Data een revolutie in de wetenschap te ontketenen. Het klassieke sociaal onderzoek zou overbodig worden, want we kunnen alles halen uit onze digitale sporen. ‘Rond 2005 verschenen de eerste artikelen, onder andere in Science over deze belofte,’ vertelt methodoloog Daniel Oberski. Daarna zijn nog vele artikelen gevolgd met een vergelijkbare boodschap.Er zijn boeken over geschreven2 . En het meest tot de verbeelding sprekende en in ieder geval concrete voorbeeld hiervan is Google Flu Trends waarover een Nature-artikel verscheen3 . Het idee was dat je voorspellingen kunt doen aan de hand van Googlezoekvragen. Als