Lees verder
Praten over een ingrijpend verlies dat je hebt geleden is voor sommigen een brug te ver. Maar wil je voorkomen dat je vastloopt in je rouwproces, dan kun je beter wel je mond open doen. Althans, dat suggereert onderzoek.
Iris Dijkstra

Nabestaanden van iemand die zichzelf van het leven heeft beroofd, praten niet graag over het gebeurde. En dat is zorgwekkend, want gebrek aan openheid zou leiden tot psychische en verliesverwerkingsproblemen. Dat is althans de heersende opvatting. Toch is nauwelijks onderzocht of die veronderstelling klopt. Hoog tijd dus om daar verandering in te brengen.

Een groep Amerikaanse/Canadese wetenschappers legde 147 volwassenen die een naaste hadden verloren vragenlijsten voor. Van hen hadden 131 een dierbare verloren aan suïcide, tien verloren iemand aan drugs en zes iemand aan een andere doodsoorzaak. Gemiddeld waren er zo’n acht jaar verstreken sinds het verlies van hun dierbare.

Hoe langer geleden het verlies had plaatsgevonden, hoe minder psychische problemen en verliesverwerkingsproblemen de respondenten nu nog hadden. Maar ook het praten over het verlies was van belang. Hoe minder mensen praten over wat ze hebben meegemaakt, hoe slechter het met ze gaat. Ze hebben meer problemen met de verliesverwerking en meer psychische klachten. Regressieanalyses suggereren zelfs dat gebrek aan openheid de belangrijkste voorspeller van rouwproblemen is.

Gelukkig vermelden de auteurs hierbij wel dat deze verbanden nog nader onderzocht moeten worden. Het omgekeerde – hoe ernstiger de verliesverwerkingsproblemen, hoe moeilijker mensen hun ervaringen delen – zou immers net zo goed het geval kunnen zijn. (ID)

Bron: Feigman, W. et al. (2017). Disclosure in traumatic deaths as correlates of di–erential mental health outcomes. Death Studies. https://doi.org/10.1080/07481187.2017.1372533