Lees verder
Hoe vergaat het internationale psychologiestudenten en buitenlandse starters in Nederland? In 2022 spreekt De Psycholoog niet-Nederlandse psychologen in spe en juniorpsychologen over hun kennismaking en ervaringen met ons land. In deze editie: Bianca Wiersema uit Roemenië. Haar bachelor en master klinische neuropsychologie voltooide ze aan de Universiteit Leiden. Nu loopt ze stage als klinisch neuropsycholoog en heeft ze haar eigen praktijk in Roemenië.
Anouk Bercht

‘Ik ben drie maanden te vroeg geboren en tijdens de geboorte was er sprake van hypoxie, zuurstoftekort. Daardoor kamp ik nu met spastische tetraparesis, een vorm van cerebrale parese. Dat betekent onder meer dat mijn ledenmaten spastisch en stijf zijn en ik ze niet goed kan aansturen.

Mijn vader komt uit Amsterdam, maar is naar Roemenië verhuisd toen hij mijn moeder leerde kennen. Ik ben geboren in Iaşi, een grote stad in Roemenië. Een groot deel van mijn jeugd heb ik doorgebracht in het ziekenhuis, ik ben vier keer geopereerd. Verder heb ik vanaf mijn geboorte veel fysiotherapie gehad. Ik ging gewoon naar school met niet-gehandicapte kinderen, maar daar ben ik wel gepest.

Toen ik jong was, wilde ik actrice worden. Het leek me heerlijk steeds in de huid van anderen te kruipen. Toen we op de middelbare school een jaar lang psychologielessen kregen, veranderde ik definitief van gedachten. De lessen waren voor iedereen verplicht en gingen over bijvoorbeeld geheugen, taal en cognitie. Ik merkte dat het iets in mij wakker maakte. Volgens de docent had ik er ook gevoel voor. Daarna stond al snel vast dat ik psychologie in Leiden ging studeren. De voorzieningen in Roemenië voor mensen met een handicap zijn vrij slecht. Op de middelbare school waren bijvoorbeeld geen liften, al dat traplopen was ontzettend uitputtend. Het was onmogelijk voor mij om in Roemenië te studeren.   

Op de universiteit in Leiden vond ik alles geweldig: er was een invalidetoilet, er waren liften en met mijn scootmobiel kon ik alle klaslokalen makkelijk binnenkomen. Ik woonde in een aangepast appartement waarvandaan ik in tien minuten met mijn scootmobiel op de universiteit kon zijn.

De eerste twee weken vroeg ik me af of ik wel de juiste keuze had gemaakt. Ik was alleen, zonder mijn ouders en broertje en de hulp die ik kreeg van de thuiszorg was niet voldoende. Ik heb ondersteuning nodig met opstaan, in bed komen, in de badkamer, met omkleden… Mijn ouders kwamen daarna gedurende mijn studietijd eens in de zoveel tijd naar Leiden om me te helpen.

Op de universiteit werd ik positief verrast door de hoeveelheid verschillende vakken. Ik weet dat je in Roemenië maar een paar soorten vakken krijgt en dat die vaak door dezelfde docenten gegeven worden. Ik wist al snel dat ik het meest gegrepen werd door de combinatie tussen biologie en psychologie. Ik raakte met name gefascineerd door de vraag: als je een neurologische aandoening hebt, hoe verandert je manier van denken en kijk op de wereld dan? Zelf heb ik ook lang gedacht dat ik denk zoals iedereen , maar mijn handicap heeft mij natuurlijk gevormd.

Terug

Eigenlijk wist ik na een paar maanden al dat ik uiteindelijk terug naar Roemenië wilde. Het lukte me niet om met de Nederlandse directheid om te gaan, ik vind het maar een koude manier van contact hebben. Ik weet dat Nederlanders het zien als eerlijk, maar in Roemenië noemen we het onbeleefd.

Daarnaast realiseerde ik me dat ik goed Nederlands zou moeten spreken als ik hier wilde blijven. Ik snapte eerst maar niet waarom, maar toen ik weer in Roemenië begon te werken viel het kwartje. Ik merkte dat als je de cultuur kent, de mentaliteit en de taal, je veel meer dingen opvallen in gesprekken. Bijvoorbeeld als het echt niet goed gaat met iemand, of waar nu precies het probleem zit.

Tot slot en vooral is de fysiotherapie in Roemenië een stuk beter. En mijn kwaliteit van leven is daar afhankelijk van. Mijn spieren moeten regelmatig gerekt worden, anders worden ze te stijf en kan ik niets meer. Omdat ik in Nederland niet genoeg therapie kreeg, ben ik een paar keer heel ziek geworden. Ik kon niet meer praten, niet meer eten, voelde mijn handen niet meer en had overal pijn. Heel beangstigend. Gelukkig was het omkeerbaar.

Nu woon ik weer bij mijn ouders en werk ik in Iaşi. Ik heb een eigen praktijk waarin ik anamneses maak en neuropsychologische diagnostiek doe. Datzelfde doe ik in twee ziekenhuizen als stagiair, bij een psychiatrische afdeling en bij een neuropsycholoog.
Ik wilde eerst graag behandelen, maar merkte tijdens een andere stage dat dit emotioneel te veel van me vroeg. Ik werk bij elkaar twintig tot dertig uur per week en daarnaast krijg ik veel fysiotherapie. Een druk schema, maar ik heb plezier in mijn werk.

‘Mijn handicap heeft mijn manier van denken gevormd’

Soms zijn patiënten boos over dat ze ziek zijn. Dat ben ik ook geweest. Het kan patiënten helpen omdat ik dat goed begrijp. En dat als een cliënt boos op mij wordt, weet ik dat hij of zij niet echt boos op mij is, maar op de situatie. Dat heeft niet iedere hulpverlener zo snel door. Het is dan de kunst die woede om te zetten in energie om beter te worden.

Ik werk ook nog aan een boek over mijn handicap omdat ik merkte dat bijvoorbeeld fysiotherapeuten, vooral in Nederland, er onvoldoende van afweten. Ik ben nu op zoek naar een uitgever en andere professionals die me kunnen helpen.

In de toekomst zou ik graag neuropsychologische tests voor volwassenen willen ontwikkelen voor Roemenië. Daarvan zijn er nu slecht een paar. Dat komt omdat de richting klinische neuropsychologie nog geen officieel erkende richting binnen de psychologie is. Het veld is vrij nieuw.

Hoewel het niet altijd makkelijk was in Nederland, vond ik het heel bijzonder zoveel mensen uit andere landen te leren kennen. Het is niet echt gemakkelijk je voor te stellen hoe het is iemand anders te zijn, om dingen vanuit een ander perspectief te bekijken. Mijn ouders konden vaak samen vanwege hun culturele verschillen andere standpunten aandragen. Door mijn ervaring in Nederland heb ik mij weer verder en beter leren verplaatsen in anderen.
Die vaardigheid heb je als psycholoog hard nodig.’

Beeld: Julian.visualartphotography