Lees verder
Hoogleraar Joke Spikman kreeg onlangs de titel ‘Erelid NIP’. De sectie Neuropsychologie droeg haar voor als erelid omdat zij zich als voorzitter met hart en ziel ingezet heeft voor neuropsychologen. Wat heeft zij voor het NIP en de neuropsychologie betekend?
Nederlands Instituut van Psychologen

Joke Spikman is hoogleraar Klinische Neuropsychologie bij Neurologische Aandoeningen aan het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG). Daarnaast is ze klinisch neuropsycholoog en hoofd van de afdeling Klinische Neuropsychologie in hetzelfde ziekenhuis. Haar onderzoek is zowel fundamenteel van aard, als gericht op het ontwikkelen van behandelingen voor neuropsychologische stoornissen bij neurologische aandoeningen. ‘Sommige neurologische aandoeningen ontstaan acuut, zoals traumatisch hersenletsel, andere zijn sluipend, zoals de ziekte van Parkinson, hersentumoren of multiple sclerose (MS). Ernstige hersenschade zorgt vaak voor blijvende veranderingen in cognitief functioneren en gedrag die per persoon verschillen. Mijn speciale interesse gaat daarbij uit naar veranderingen in sociale cognitie, het vermogen om anderen goed te begrijpen en je gedrag daarop aan te passen’, legt Joke Spikman uit. ‘Daarnaast doe ik onderzoek naar hoe je de schade van hersenletsel goed kunt meten, de gevolgen in kaart kunt brengen, en hoe je dit kunt verbeteren.’

Patiëntenzorg

Naast haar werk als wetenschapper, doet ze ook patiëntenzorg, waar ze in 1995 in hetzelfde ziekenhuis mee begon. Joke: ‘Het leukste aan mijn werk vind ik de afwisseling. Dus de combinatie van onderzoek, patiëntenzorg en het opleiden van anderen. Het werk met patiënten is de voedingsbodem van mijn onderzoeksvragen. Ik zie daar dingen die ik dan verder wil gaan onderzoeken.’ ‘De functie neuro psycholoog bestond aan het begin van mijn carrière nog amper’ In 2010 is Joke actief geworden binnen het NIP. ‘Eerlijk gezegd vond ik dat de vereniging toen nog niet genoeg deed om de belangen van neuropsychologen te behartigen. Nu voelt dat gelukkig wel zo.’ Joke heeft zich daar als voorzitter van de sectie voor ingezet. ‘We hebben veel samengewerkt met andere verenigingen en zijn opgekomen voor de kwaliteit van de neuropsycholoog. We hebben de sectie neuropsychologie ook geprofileerd door onder meer de vergoedingen voor het opleidingstraject tot klinisch neuropsycholoog mogelijk te maken’

‘Het werk met patiënten is de voedingsbodem van mijn onderzoeksvragen.’

Specialisme

Sinds haar afstuderen is er, mede daardoor, veel veranderd in het veld. ‘Ik studeerde af in de jaren tachtig, toen was er nog weinig oog voor de neuropsychologie in het medische veld. In de afgelopen jaren heeft er zich een ontwikkeling voorgedaan. Dat is mooi om te zien want ik ben overtuigd dat we met ons vak van meerwaarde zijn. In de jaren tachtig bestond de functie nog amper en sinds 2008 bestaat het specialisme klinische neuropsychologie pas echt. Nu is er veel vraag naar klinisch neuropsychologen, in veel zorginstellingen is er zelfs een schaarste. Mijn hart ligt echt binnen de neuropsychologie. Ik blijf me ook zeker inzetten voor de (klinisch) neuropsycholoog.’