Colleen van Hutten
werd op 1 januari 1973 lid van het NIP om een officiële erkenning van haar psycholoogschap te krijgen. Ze werkte acht jaar in de psychiatrie en daarna bij het Haagse IMP, wat later de RIAGG werd en daarna Parnassia. Van Hutte werkte in de vrouwenhulpverlening, zette de subsectie lesbische hulpverlening op en werkte als psychotherapeut. Ook is ze aandachtsfunctionaris multiculturele hulpverlening volwassenen in Den Haag geweest. Toen PsyQ ook nog bij Parnassia kwam, is ze gestopt. Van Hutten: ‘Bovendien was ik al zestig. Ik vond het wel mooi geweest.’ Daarnaast heeft van Hutten altijd gewerkt in een kleine eigen praktijk, ook na haar pensioen is ze daarmee doorgegaan, tot ongeveer twee jaar geleden. ‘Ik ben al die tijd lid van het NIP gebleven en van de Vereniging voor Gedrags- en Cognitieve therapieën (VGCt), omdat ik hier als eerste lid van werd en omdat ik zo de meest basale informatie kreeg. Ik ben ook lid geweest van andere verenigingen, onder andere de Nederlandse Vereniging voor Psychotherapie (NVP) en de Nederlandse Vereniging voor Relatie- en Gezinstherapie (NVRG), daar spreken ze toch weer andere ‘talen’, heel boeiend. Maar lid zijn van alle verenigingen werd me te veel.’
Ruud Geus
werd na zijn studie aan de VU in Amsterdam op 1 januari 1973 lid van het NIP. Hij wilde weten hoe de vereniging en daarmee de praktijk van de psychologie in elkaar stak. De hoogleraren Drenth en Fokkema stimuleerden hem om lid te worden. Na een kort contract bij de VU begon zijn loopbaan in de gehandicaptenzorg. “Een boeiende periode in twee grote instellingen met allerlei vernieuwingen in de zorg, zoals kleinere leefgroepen, zelfstandiger woonvormen en een groeiende invloed van ouders en cliënten.” Hij sloot zich aan bij de werkgroep Zwakzinnigenzorg, later sectie Zorg voor mensen met een verstandelijke beperking (ZMVB), om ervaringen met collega’s uit te wisselen. Daarna volgde de overstap naar Kennisinstituten Zorg en Welzijn met onderzoek en publicaties op het gebied van wonen en probleemgedrag.
Geus was 25 jaar bestuurslid van de sectie ZMVB en verzorgde samen met anderen studiedagen, congressen, werkgroepen en publicaties. Hij zat in de ledenraad en in het bestuur van de sector Gezondheidszorg. ‘Continue bijscholing, reflectie op je werk en mogelijke verbeteringen daarin waren voor mij de belangrijkste motieven om me in te zetten voor de vereniging en mijn vakgebied.’ Vandaar ook zijn inzet voor visitatie, richtlijnen en het beroepsprofiel. Geus zag het NIP de afgelopen 50 jaar professionaliseren. ‘Er kwam bijvoorbeeld meer aandacht voor de maatschappelijke relevantie van de psychologie.’ Hij blijft lid om de ontwikkelingen in het vak te volgen en hoopt dat er ook met specifieke thema’s aandacht komt voor de gepensioneerde leden, zodat zij lid blijven van het NIP.