Log in
Populaire managementmodellen kloppen wetenschappelijk helemaal niet. Hoe kunnen ze dan toch zo razend populair zijn? En waar komen ze vandaan? Organisatiekundige Stefan Heusinkveld legt uit dat managementideeën feitelijk gefabriceerd worden. Hij laat ons een kijkje nemen in die ‘fabriek’ en in de hoofden van al diegenen die bij de industrie betrokken zijn. ‘Managers hebben reden om onzeker over hun rol te zijn, want wat wordt er precies van hen verwacht?’
Geertje Kindermans

Total Quality Management (tqm), Balanced Scorecard, Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (mvo), Business Process Reengeneering (bpr), competentiemanagement, Het Nieuwe Werken (hnw), allemaal modieuze termen uit de wonderlijke wereld van het management. Met de invoering ervan zouden bedrijven écht succesvol kunnen worden. De bestsellerlijsten van managementboeken staan er vol mee, seminars gaan erover, consultancybureaus floreren erdoor.

Maar al die populaire managementideeën kloppen inhoudelijk helemaal niet, aldus Stefan Heusinkveld, organisatiekundige aan de Vrije Universiteit Amsterdam. De beloofde prestatieverbetering blijft uit. Wetenschappelijk is er vaak geen enkele basis voor. Waar komt die populariteit vandaan? Waarom laten mensen zich knollen voor citroenen verkopen? Daarmee houdt Heusinkveld zich al zijn hele carrière bezig en hij schreef er een toegankelijk boek over: De managementideeënfabriek. Daarin brengt hij de hele industrie in kaart die betrokken is bij het fabriceren van managementideeën. Die industrie bestaat onder andere uit consultancybureaus, uitgeverijen van managementboeken, vaktijdschriften, congresorganisatoren en individuele goeroes, die optreden op de seminars en die de boeken