Als ik vertel dat ik bezig ben met een verhaal over koopverslaving, roept dat veel herkenning op. ‘Dat heb ik ook!’ roept de een. ‘Moet je mijn vriendin interviewen,’ roept de ander. En een derde vraagt: ‘Ga je je autobiografie schrijven?’
Maar koopverslaving is wat anders dan af en toe meer kopen dan je van plan was. Koopverslaving is: per se die nieuwe jas willen hebben, hoewel je geen geld hebt, de jas duur is en je al meer dan genoeg jassen bezit. En dan met buikpijn en vol schaamte de winkel verlaten om de jas thuis weg te stoppen en pas na maanden tevoorschijn te halen. Het is ook: zoveel kopen dat je jezelf aan de rand van het faillissement brengt en dan nog niet kunnen stoppen. En: mooie en dure spullen op marktplaats zetten, zodat je weer geld hebt om iets nieuws te kopen.
‘Wie heel rijk is, zal niet snel door zijn koopverslaving in de problemen raken,’