Het internationale team bracht genen in kaart die zij bepalend achten voor het volume van een aantal subcorticale hersengebieden – bij mensen een maatstaf voor het functioneren van het brein en voor cognitieve vaardigheid. De invloed van de betreffende genen op de omvang van het brein bij mensen werd, aldus de onderzoekers, ontdekt dankzij de omvang van het onderzoek en was bij een kleinschaliger aanpak waarschijnlijk onderbelicht gebleven. De betreffende hersengebieden – waaronder de hippocampus, het putamen en de nucleus caudatus – vormen circuits met delen van de hersenschors. Ze sturen beweging, leerprocessen, herinnering en motivatie aan. Veranderingen in deze circuits, waaronder veranderingen van volume, kunnen leiden tot ziekte en/of abnormaal gedrag.
De onderzoekers trokken hun conclusies op basis van de studie van hersenscans van ruim dertigduizend proefpersonen en maakten van alle proefpersonen een dna-profiel. Ze troffen daarbij acht genetische varianten aan die de grootte van een specifiek hersengebied bepalen en ontdekten welke veranderingen in het dna juist tot volumereductie leiden. Waar ouder worden bij ieder mens gepaard gaat met een verkleining van de hersenomvang, neemt die bij aandoeningen als Alzheimer en Parkinson in verhoogd tempo af. De bevindingen van dit onderzoek kunnen wellicht worden ingezet bij het begrijpen en bestrijden van deze en andere neuro-psychiatrische ziekten.
Bron: Derek, H. et al. (2015), Common genetic variants influence human subcortical brain structures, Nature, doi:10.1038/nature14101