Log in
Psychiater Remke van Staveren maakt zich de laatste jaren in toenemende mate zorgen over de geestelijke gezondheidszorg. In haar boek HART voor de GGZ, dat op 15 maart bij uitgeverij De Tijdstroom verschijnt, pleit ze voor werken met meer (com)passie in een nieuwe ggz. Een stukje uit de inleiding en een paar fragmenten als voorpublicatie.
Remke van Staveren

De zorg, waaronder de ggz, verkeert in een morele crisis. Bezuinigingen dwingen onze ggz in een knellend keurslijf waarin de mens (zowel de zorgverlener als de cliënt) steeds minder tot zijn recht komt.Alles moet tjak, tjak, tjak, door naar de volgende cliënt. We lijken zo langzamerhand meer tijd achter de computer kwijt te zijn – met rapporteren, lijsten afvinken, tijd bijhouden – dan we aan echt menselijk contact besteden. Het evenwicht tussen hoofd en hart, tussen ziel en zakelijkheid is zoek.
Aan de noodkreten in sociale en andere media te zien, willen veel zorgverleners terug naar de menselijke maat, en compassievolle zorg bieden. Terug naar de reden waarom we ooit in de zorg zijn gaan werken: om mensen te helpen herstellen. Maar willen we iets veranderen in de ggz, dan zullen we eerst moeten erkennen dat we een probleem hebben en zelf verantwoordelijk zijn voor het vinden van een oplossing. Het hoeft niet. We kunnen ook onze tijd lijdzaam