Lees verder
Door de coronacrisis vonden veel promoties noodgedwongen online plaats. De promotieplechtigheid met allerlei oude rituelen werd daardoor een stuk minder traditioneel. Ontzettend jammer, vinden deze drie inmiddels gepromoveerde onderzoekers.
Anouk Bercht

Dit wil ik gewoon écht niet, dacht Anke Tukker toen ze zag dat haar universiteit, de Universiteit Utrecht (UU), promoties online ging doen. Tukker zou eigenlijk 23 april jl. promoveren, maar koos ervoor haar plechtigheid met een halfjaar uit te stellen. ‘Het leek me zo gaaf, dat hele academische, iedereen in toga, foto’s op de trap, de receptie, de pedel… Juist dát wilde ik: poespas!’

Toen de universiteit haar aanbood het moment uit te stellen, twijfelde ze geen moment. Hoewel de pedel haar waarschuwde voor een mogelijke tweede coronagolf, waagde ze toch de gok.

Wil je liever online promoveren, zonder cortège van hoogleraren in toga’s en met baret, paranimfen aan je zijde, de pedel die met zijn of haar pedelstaf op de grond stampt en ‘Hora est’ roept, een feestelijke receptie achteraf en tal van andere ouderwetse tradities (zie kader), of kies je ervoor de ceremonie uit te stellen in de hoop dat het over een half jaar weer op de normale manier kan? Dat is hét ‘corona-dilemma’ waar alle promovendi die vanaf maart zouden promoveren, mee te maken kregen. ‘Datgene waar je vier jaar naar uitkeek, mag plots niet meer,’ zegt Tukker erover. ‘Daar ben ik verdrietig over geweest, echt heel verdrietig.’

Tukker is neurotoxicoloog en ontwikkelde een alternatief model om te onderzoeken of geneesmiddelen epileptische aanvallen veroorzaken. Om geen proefdieren te hoeven gebruiken, gebruikte ze daarvoor humane neuronen ontwikkeld uit huid- of bloedcellen om geen proefdieren te hoeven gebruiken. ‘Ik wilde het echt niet’, zegt ze over online promoveren. ‘Vragen beantwoorden doe ik op congressen ook. Het geeft me juist energie om te spreken voor grote groepen. Voor een scherm spreken is heel anders. Bovendien kijk je mensen nooit echt aan tijdens het beeldbellen, dat is niet fijn.’

Tukker had zich vooral erop verheugd in de senaatszaal van de UU te staan. ‘Die is zó mooi. En dan in mijn mooie zelfgemaakte jurk spreken voor allemaal mensen die speciaal voor mij komen. Daar had ik zo veel zin in! Promoveren doe je immers maar een keer in je leven.’

Alsnog online

Hoewel Tukker haar promotieplechtigheid uitstelde naar oktober, in de hoop volwaardig te promoveren, promoveert ze uiteindelijk hoogstwaarschijnlijk alsnog online. Sinds augustus werkt ze namelijk in de Verenigde Staten als postdoc aan de Purdue University (Lafayette Indiana), zonder officieel gepromoveerd te zijn. En vanwege de quarantaineplicht bij terugkomst, zowel in Nederland als in de VS, en de aanhoudende onzekerheden over de ontwikkelingen van de pandemie, blijft ze mogelijk toch liever in Amerika. ‘Ik ben trouwens blij dat ik gewoon kan beginnen en geen nieuwe baan hoef te zoeken. Dat was wel een hoop geregel tussen de twee universiteiten.’ Doorgaans heb je een bul nodig om als postdoc aan de slag te gaan (zie ook kader).

Het stond al een tijd vast dat ze na haar promotie in Amerika ging werken. Het plan om in de zomer naar de VS te verhuizen werd vanwege de coronacrisis van tafel geveegd en ze zat zonder huis. ‘Soms voelde de crisis uitzichtloos,’ vertelt Tukker. ‘Mijn doel viel weg en ik had geen controle over de situatie. Want wanneer zou ik Amerika weer in mogen? En kon ik eigenlijk wel aan mijn postdoc beginnen zonder bul? In het begin van de coronacrisis kondigde de VS een inreisverbod af, daarna stopte het land met de afgifte van visa en later volgde allerlei uitzonderingen op die regels. Studenten mochten het land toch in, daarna ook de postdocs. Behalve als die uit Schengenlanden kwamen. ‘Ik checkte op een gegeven moment nog maar een paar keer per week alle maatregelen. Als ik dat vaker had gedaan, was ik gek geworden.’

Ondertussen veranderde Tukker over het online promoveren van gedachten. ‘Als het maar af is, denk ik nu. Ik heb er vrede mee dat het online zal zijn.’ Tukker kan nu van de plechtigheid in ieder geval samen met haar vriend het beste maken. Ze hoopt dat ze er ook echt zin in krijgt. ‘Ik doe sowieso mijn jurk aan, maar mijn hakken laat ik misschien gewoon in de kast staan.’

Hora est?

Klinisch psycholoog Jacqueline A-Tjak weet hoe het is om online te promoveren. Haar plechtigheid vond begin april volledig via de beeldbelsoftware Zoom plaats. De Universiteit van Amsterdam (UvA), waaraan ze promoveerde, had toen nog amper ervaring met online ceremonies. Ze was een van de eersten. Alleen haar man en kinderen konden er daarom ‘bij zijn’. Ieder keek vanaf zijn of haar eigen computer mee. Inmiddels kan het publiek de promotieplechtigheid volgen via een livestream, toen A-Tjak promoveerde kon dat nog niet.

A-Tjak onderzocht de effecten van Acceptance and Commitment-therapie (ACT) op depressies en vergeleek deze met de e§ecten van cognitieve gedragstherapie. Ook zij vond het een teleurstelling niet op de normale manier te promoveren. ‘Je leeft naar dat moment toe.’

Aanvankelijk wilde A-Tjak haar plechtigheid daarom uitstellen, maar achteraf is ze blij dat het online plaatsvond. ‘De coronacrisis gaat nog wel een tijd duren.’

De online plechtigheid begon A-Tjak met haar lekenpraatje. Niemand uit haar promotiecommissie was overigens gekleed in toga, al was ze zelf wel in vol ornaat. Normaal gezien is dat lekenpraatje voor ‘de leken’ in het publiek. Maar omdat die er amper waren, hield ze dat voor de promotiecommissie, die daar normaal gezien juist nog niet bij aanwezig is. ‘Het was jammer dat er weinig toehoorders waren.’ De verdediging werd zoals gebruikelijk officieel door de pedel aangekondigd. ‘Na drie kwartier verdedigen zei de pedel “Hora est”, maar ze zei het zo zachtjes, dat niemand het hoorde! Dus op een gegeven moment zagen we dat we over de tijd zaten. Toen bleek dat ze het al had geroepen.’

Na de verdediging trok de promotiecommissie zich terug, in een soort afgesloten Zoom-gesprek, waarop A-Tjak te horen kreeg dat ze was geslaagd en sprak haar promotor het laudatio uit. Inmiddels ontving ze haar ondertekende bul per post en komt er op de UvA nog een kleine diploma-uitreiking voor een groep gepromoveerden. Alle doctors mogen negen man meenemen.

A-Tjak zag ook wel voordeel in online promoveren. ‘Ik denk dat ik een stuk minder zenuwachtig was, moet ik eerlijk zeggen. En ik woon in Drenthe dus het scheelde mij reistijd en de stress die daarbij komt kijken.’

Wel vond A-Tjak het jammer om niet na te praten over haar ceremonie, of wat daar nog van over was. Ze deed dat met haar man en kinderen, maar niet met de commissie, vrienden, of familie. ‘Dat heb ik gemist.’ Haar paranimfen, die niet bij haar online promotie waren, maakten voor de gelegenheid wel een filmpje met videoboodschappen van vrienden en familie die A-Tjak feliciteerden. ‘Dat maakte het een beetje feestelijk.’

Intiem

Volgens de pedel van de Vrije Universiteit Amsterdam (VU), Barbara Zegveld, hadden de online promoties ook wel iets intiems. ‘Er was veel aandacht voor de promovendus, en die verdedigde meestal heel aandachtig zijn of haar proefschrift.’

Het viel Zegveld op dat online promoties doorgaans goed en ontspannen verliepen. ‘Er werd ook gelachen. Bijvoorbeeld als iemand per ongeluk de camera uit had, of zich niet had ‘gemutet’ (de microfoon gedempt, red.). En misschien was het ook intiem omdat je meteen bij iedereen thuis bent. Of omdat je het publiek niet ziet en het lijkt alsof je met een klein groepje bent.’

Zegveld sprak als pedel veel promovendi. Hoe zij omgingen met online promoveren, was heel wisselend. De VU besloot – vanwege de drukte – dat de pedel niet aanwezig was bij de online promoties. ‘Er moest, vooral in het begin, veel geregeld en besloten worden. ‘Wat doe je met een bul bijvoorbeeld? En welk programma gebruik je om te beeldbellen? Promovendi gingen in een soort paniek hun promoties afzeggen. Het was een rare situatie.’

De promotor sprak namens de pedel het ‘Hora est’ uit. Zegveld keek wel geregeld mee met de promoties. ‘Op YouTube, waar je de promotie via een livestream kon volgen, reageerden toeschouwers: “Goed gedaan!” “Zet ‘m op.” “Veel succes!” “Ziet er goed uit.” “Lekker bezig.” ‘Dat was leuk om te zien.’

Hybride

Ook Lieke Voncken keek uit naar de ‘poppenkast’, zoals ze het zelf noemt. Ze promoveerde uiteindelijk ‘hybride’ aan de Rijksuniversiteit Groningen (RUG) op onderzoek naar methoden om psychologische tests, zoals IQ- en ontwikkelingstests, te normeren. Bij een hybride promotie is een deel van de deelnemers (pedel, rector magnificus, eerste promotor en Voncken zelf) op de campus aanwezig, een deel doet mee via beeldbellen, en het publiek kijkt mee via een livestream.

‘Het was vreemd,’ zegt Voncken over haar promotie. Ze kwam aan in een leeg academiegebouw. ‘Dat is een groot gebouw, en de zaal waar de promoties plaatsvinden is ook groot. Normaal staat het voor het academiegebouw vol met fietsen, nu parkeerden we de auto gewoon voor de deur.’ In de zaal stond een groot scherm waarop haar tweede promotor en de promotiecommissie te zien waren. Haar partner, familie, vrienden en zelfs haar paranimfen volgden de promotie via de livestream. Al had Voncken twee legopoppetjes, die haar paranimfen moesten voorstellen, meegenomen en voor zich neergezet.

Ook de RUG stelde promovendi voor de keus promoties online te houden of uit te stellen. Voncken: ‘Ik kon het uitstellen, maar die onzekerheid sprak me niet zo aan. Aan de andere kant keek ik wel uit naar al die professoren in toga en naar mijn dierbaren in de zaal.’

Het beantwoorden van de vragen tijdens de verdediging was niet anders dan het normaal zou zijn, denkt Voncken. Ook de pedel kwam zoals het hoort na driekwartier de zaal binnen. ‘Hora finita,’ zoals ze dat in Groningen zeggen. Ook de aanwezigen en een deel van de commissieleden droegen toga’s.

‘Het feliciteren naderhand was ook heel ongewoon. Want, ja, je mag elkaar niet aanraken. Dus ik zwaaide naar het scherm en dat was wat het was. Normaal gezien praat je nog even na met elkaar tijdens de receptie, nu was het gewoon plots klaar.’

Ze is tijdens haar promotietraject bij veel promotieplechtigheden aanwezig geweest. ‘Je beeldt je dan steeds in dat jij daar op een gegeven moment ook zit, samen met je beide promotores en paranimfen en met de zaal vol dierbaren, dat het cortège dan in vol ornaat binnenkomt. Dus dat het niet op die manier doorging, is heel jammer, net als dat grote feest achteraf.’

Net als A-Tjak was Voncken waarschijnlijk minder zenuwachtig dan als er een zaal vol mensen was geweest, die naar haar keken. Volgens Voncken is een ander voordeel dat het met een livestream makkelijker is ‘erbij te zijn’. ‘Je hoeft dan, in mijn geval, niet helemaal naar Groningen. Dus misschien is dat een blijvertje. Als de rest weer normaal is dan. Na de promotie was het trouwens wel apart dat mensen aangaven dat ze alles gezien hadden, terwijl ik hen helemaal niet zag.’

Voor haar huidige baan als universitair docent aan de Universiteit van Tilburg was het een vereiste snel te promoveren. ‘Aanvankelijk brachten mensen uit mijn omgeving me aan het twijfelen met opmerkingen als “Wat jammer voor je! Nu is je promotie verpest.” Maar achteraf gezien heb ik de goede keuze gemaakt.’

Pedel Zegveld raadde promovendi aan om na de plechtigheid een Zoom-meeting te organiseren met alle deelnemers. ‘Napraten, dat ís natuurlijk ook heel belangrijk. En tijdens zo’n nagesprek voelt het ten minste nog een beetje feestelijk.’

Zegveld ziet ook een aantal voordelen aan (deels) online promoveren. Vóór de coronacrisis dacht ze er al over na. ‘Veel opponenten zitten immers in het buitenland. Het is dan soms moeilijk om een datum te prikken. Het is vervelend als promovendi daarop moeten wachten. En al dat vliegververkeer.’

Bovendien constateerden Zegveld en collega’s dat er steeds meer mensen uit allerlei landen gingen meekijken met de livestreams. ‘Voor de openbaarheid van het onderzoek is dat natuurlijk ontzettend leuk.’

Beeld: Pla2na/shutterstock.com