Log in
Sonja Borgsteede en Mariëlle Beckers werken in een praktijk waarin zij kinderen diagnosticeren en begeleiden. Ze volgden allebei een opleiding tot ‘runningtherapeut’. Hun boekje lijkt een dubbel doel te dienen: reclame voor de eigen praktijk en een opwekking aan alle pubers in Nederland om meer in beweging te komen. Jongeren kunnen hier zelf lezen hoe belangrijk en prettig het is om regelmatig te gaan hardlopen of een andere sport te beoefenen. Vaak richten de auteurs zich echter ook tot hun ouders en andere volwassenen. Aan hen wordt verteld hoe je tegenstribbelende pubers van de bank af krijgt. ‘Doordouwen’ werkt alleen maar averechts. Het is handiger om pubers te beïnvloeden via hun vrienden en vriendinnen. Zorg voor een veilige sfeer en geef je kind het gevoel dat het fouten mag maken. Werk in kleine stapjes (óók bij hardlopen!) en leer uit de gedragstherapie hoe je beloningen het beste doseert.
Karel Soudijn

De talrijke hoofdstukken zijn voor een breed publiek gemakkelijk te begrijpen: een stukje tekst, een bladzijde met tips, en telkens een korte nabeschouwing door een autoriteit. Die autoriteit is bijvoorbeeld een topsporter, een coach, iemand die door te sporten minder depressief werd, of een echt succesvolle puber. Al deze autoriteiten zijn warme voorstanders van sport. Notoire bankzitters komen niet aan het woord. In dit opzicht is het boek te vergelijken met een reclamefolder waarin je ook nooit het verhaal van een teleurgestelde koper zult lezen.

De hoofdstukken zijn onderverdeeld naar drie thema’s: gevoel, verstand en lijf. Wie gaat hardlopen, voelt zich prettiger. Studeren gaat gemakkelijker. Je wordt fitter, en je krijgt spierpijn. Om lichamelijk ongemak binnen de perken te houden, raden de auteurs een goede coach aan, maar je kunt ook met Borgsteede en Beckers in het Vondelpark gaan rennen.

Vaardigheden moeten met beleid worden ontwikkeld, maar eigenlijk kan sport bij deze auteurs nooit ver genoeg gaan. Fietsende pubers