Lees verder
Interview Monique Rook, directeur NIP.
Nederlands Instituut van Psychologen

Je was de afgelopen 3,5 jaar directeur van het NIP en bent dat nu van de gefuseerde vereniging. Nog niet alle leden kennen jou. Kun je wat over jezelf vertellen?

‘Voordat ik bij het NIP kwam heb ik onder andere lang bij Altrecht gewerkt. Ik ben zelf gezondheidswetenschapper met als afstudeerrichting beleid en management van de gezondheidszorg. Binnen het NIP maken we heel veel gebruik van de talloze experts, die schuiven we naar voren, consulteren we, betrekken we. Mijn werk is het vervolgens om op 100 borden tegelijk te schaken: strategie en beleid opstellen, belangen behartigen, stakeholders betrekken en een organisatie aansturen. Naast het directeurschap van het NIP geef ik les over ‘het spel en de spelers in landelijke beleidsvorming’ binnen de KP-opleiding en ben ik supervisor management. Naast mijn werk probeer ik tijd te vinden om te suppen, lees ik veel en breng ik uiteraard ook veel tijd door met mijn gezin en vrienden.’

Wat doe je als directeur van het NIP eigenlijk precies?

‘Als directeur van het NIP ben ik verantwoordelijk voor het reilen en zeilen van de vereniging in brede zin. Zo stuur ik processen aan om tot (meerjaren-)beleid te komen met de vereniging. Van daaruit kunnen wij de belangen van psychologen behartigen. Om dit mogelijk te maken stuur ik het bureau aan en bereid samen met de bureaumedewerkers en de experts in de vereniging uit de diverse gremia de besluitvorming van het bestuur voor. Ik onderhoud daarnaast veel contacten met de stakeholders van de vereniging en ik ben vaak in Den Haag te vinden. Verder bevorder ik de maatschappelijke positionering en verankering van de vereniging. Gelukkig doe ik dit samen met een groot, professioneel team dat daarin ondersteunt. Op het NIP-bureau werken inmiddels 44 medewerkers. Een heel leuk en belangrijk onderdeel van mijn baan is het contact met onze leden. Ik zoek hen op diverse manieren op, ben soms bij bijeenkomsten, altijd bij het voorzittersoverleg of ik steek mijn hoofd om de deur van de vergaderzaal als mensen bij ons op kantoor vergaderen. Je kunt me overal in de vereniging tegenkomen!’

Hoe kijk je naar de fusie?

‘Het NIP en de NVGzP hebben de afgelopen jaren steeds nauwer samengewerkt, vooral achter de schermen. Uiteraard was ik heel blij dat we ook verdere stappen konden zetten, met de goedkeuring van de ledenraad. Afgelopen maanden is het in een stroomversnelling gekomen en hebben we allemaal heel hard gewerkt aan de fusie. Het is een fusie waarbij we de gefuseerde vereniging onder één ledenraad en één bestuur hebben gebracht en daarnaast de tijd nemen om de verenigingen te integreren in de overgangsperiode tot eind 2023. Het voelt als een grote verantwoordelijkheid om de gefuseerde vereniging goed te laten functioneren. Verhalen over de disputen van tien, vijftientien jaar geleden kan ik redelijk neutraal aanhoren. Het NIP van nu is niet het NIP van vroeger. En ik ben overigens ook hartstikke trots op het NIP van nu. Kijk alleen al naar de supermooie secties die geweldige dingen doen voor en met hun leden! Bijna 80 bijeenkomsten en webinars per jaar, bijvoorbeeld. We hebben de afgelopen jaren ongelooflijk grote stappen gezet met elkaar. We zijn veel zichtbaarder geworden, grote dossiers zijn tot een volgende fase gebracht, we hebben enorm veel actieve leden en een heel goed professioneel bureau. De NVGzP heeft daarnaast ook een mooie vereniging geschapen, met kamers en werkgroepen en met een ongekende drive. Tel dat bij elkaar op en dan kan het alleen maar mooier worden.’

En hoe kijk je naar de overgangsperiode?

‘In de overgangsperiode maken we de opmaat naar een gezamenlijke missie en visie en een meerjarenplan. En gaan we samen met onze actieve leden de vereniging verder vormgeven qua gremia. We hebben nu secties, kamers, commissies en netwerken, dat is een hele mond vol. We gaan samen uitzoeken wat het beste werkt, ook qua overlegstructuren. We hebben nu drie coördinatoren die verbinding met en tussen die gremia en met het bureau organiseren. ‘Afstemming’ en ‘dialoog’ vinden we daarbij belangrijk. Komend jaar hebben we de kans goed op elkaar ingespeeld te raken om zo te komen tot een optimaal functionerende vereniging. Ik zie het als mijn opdracht dat voor elkaar te krijgen.’

Ik zie het als mijn opdracht tot een optimaal functionerende vereniging te komen’

Hoe heeft de buitenwereld gereageerd op de fusie?

‘De meest gehoorde reactie op de fusie van buiten was dat men ons feliciteerde. De eenheid die eruit straalt, het feit dat we als psychologen weer in één beroepsvereniging zitten, dat wordt gezien en gewaardeerd. We gaan als NIP het komend jaar onze zichtbaarheid nog verder versterken, straks ook vanuit een nieuwe gezamenlijke uitstraling en nog beter de psychologen en de psychologie op de kaart zetten. Het lidmaatschap van je beroepsvereniging moet weer heel vanzelfsprekend worden wat mij betreft, van student tot gepensioneerde en van starter tot specialist!’

Hoe wil je daarvoor zorgen?

‘Onze leden zijn onze ambassadeurs in het werkveld. Actief worden voor de vereniging levert jou als lid zeker voordeel op, je bent beter geïnformeerd, je kunt je rol in je organisatie beter pakken. Ik hoop onze leden te stimuleren een zelfbewuste beroepsgroep te zijn, en zich te verenigingen om hun geluid nog beter te laten horen. Zonder actieve leden kan het NIP immers niet bestaan, we zijn niet voor niets het Nederlands Instituut VAN Psychologen. De leden zijn onze ogen en oren in het werkveld, zij zetten zich in voor het vak en hun vakgenoten. Bij deze dus een oproep aan onze leden: we hebben jullie expertise nodig. Laat je horen! Het bureau is ondersteunend hierin, op hele diverse vlakken. De kwaliteit van de beroepsuitoefening bewaken is echt een hele kluif, maar wel de grondslag van ons bestaan. We zijn er de laatste jaren in geslaagd de goede dialoog terug te brengen in de vereniging, waarbij we ingewikkeldere onderwerpen niet uit de weg gaan. We zien dat we de afgelopen jaren al gegroeid zijn en de ambitie van het bestuur is absoluut om daar op volle kracht mee door te gaan. Juist door de fusie van de NVGzP en het NIP zijn we samen nog beter in staat het vak in de volle breedte op de kaart te zetten.’