Toen Geert van Wesemael, gz-psycholoog bij Veilig Thuis, een aantal jaren terug lid werd van de Centrale commissie Beroepsethische Zaken (BEZ), begon hij zich pas te realiseren waar de Beroepscode eigenlijk over gaat: namelijk over ethiek. ‘De beroepscode bestaat niet uit regeltjes waar je je aan moet houden’, vertelt hij. ‘Nee, de code gaat over ethische waarden en principes.’ Hij vertelt dat hij, net als veel andere psychologen, vrijwel dagelijks te maken krijgt met ethische dilemma’s. ‘Wat doe je bijvoorbeeld als je een zestienjarig meisje ziet dat suïcidaal is, maar niet wil dat haar ouders daarover geïnformeerd worden?’ Hij kan zo nog een paar situaties oplepelen. Toch stond hij er nooit bij stil dat juist de Beroepscode bij dit soort dilemma’s kan helpen.
Eens in de zoveel jaar wordt de beroepscode herzien. De huidige versie stamt uit 2015 en dus begon het herzieningsproces zo’n drie jaar geleden. De BEZ, die de Beroepscode beheert, deed dat onder leiding van Henk Geertsema, docent beroepsethiek, oud-BEZ-lid en lid van de EFPA Board of Ethics. Hij was al eerder betrokken bij herzieningen. Daarnaast hebben Rosalinde Visser, senior stafmedewerker beroepsethiek en secretatis van de BEZ, en Kees Jan van der Boom, voorzitter BEZ, een aanzienlijke bijdrage geleverd aan de herziene versie van de Beroepscode.
Duitse psychiaters
Het herzieningsproces bestond onder meer uit het lezen van tientallen andere beroepscodes. Staat daar iets in wat wij missen? Kunnen wij onze tekst leesbaarder maken? Hoe maak je zo’n code (digitaal) toegankelijk? Van Wesemael: ‘We verdeelden de beroepscodes over de leden van de BEZ en discussieerden daar achteraf over. Ik heb onder meer de code van de Amerikaanse psychologen en Duitse psychiaters mogen lezen. Heel leuk om te doen.’ De leden van de BEZ sprokkelden zo allerlei ideeën bij elkaar.
De Beroepscode is van de vereniging, en dat zijn wij met zijn allen
Daarnaast ging projectleider Henk Geertsema in gesprek met kamers, secties en centrale commissies van het NIP. Geertsema: ‘De Beroepscode is van de vereniging, en dat zijn wij met zijn allen. Bij een herziening is het heel belangrijk om te kijken of er bij de leden vragen of onduidelijkheden zijn over de code.’ Hij voerde zinnige gesprekken. ‘We hebben het vooral over het karakter van de code gehad’, vertelt hij. ‘Het is en blijft een uitdaging om de code als ethische leidraad te gebruiken, en niet als een receptenboek waar per situatie uitgelegd staat wat je moet doen.’ Dat was eerder ook Van Wesemael opgevallen als lid van het tuchtcollege SKJ. ‘Collega’s zijn niet altijd goed op de hoogte van hoe de Beroepscode hen kan helpen. En dat is zonde, want gebruikmaken van de code, of het spreekuur Beroepsethiek, kan een hoop gedoe voorkomen.’ Van Wesemael moet denken aan een uitspraak van Rosalinde Visser: “De Beroepscode is geen stok om mee te slaan, maar een staf om mee te gaan.”
Naast andere beroepscodes en gesprekken met leden, vormen input van de BEZ-leden en feedback uit het college van toezicht voldoende stof om de code te kunnen herzien.
Redactieslag
De uiteindelijke wijzigingen zijn vooral redactioneel van aard. Zo is het voornaamwoord veranderd. In de oude versie werd de psycholoog steeds als mannelijk aangeduid, in de herziene versie is gebruik gemaakt van meervoud.
Geertsema vertelt dat er over het wijzigen van artikel 57, over discriminatie, de nodige discussie geweest is. ‘In de versie uit 2015 stond dat je niet mocht discrimineren op grond van ras. Maar ‘ras’ bestaat eigenlijk niet, wetenschappelijk gezien. Als vereniging hechten we natuurlijk waarde aan die wetenschappelijkheid. Aan de andere kant kan het woord ‘ras’ dienen als instrument om racisme tegen te gaan. Zo wordt het ook gebruikt in de Grondwet.’ Uiteindelijk besloten ze het woordje toch weg te halen. ‘Er staat ook al in dat je niet mag discrimineren op basis van etniciteit, en dat dekt de lading even goed.’ Ook de recente grondwetswijziging – je mag niet discrimineren op grond van handicap – is aan dit artikel toegevoegd.
Daarnaast zijn er onder meer twee definities toegevoegd aan de code: ‘persoonlijke werkaantekeningen’ en ‘professionele standaard.’ Ook is toegevoegd – aan artikel 61 – dat je niet enkel duidelijke informatie verschaft aan de cliënt, maar ook nagaat of hij of zij het heeft begrepen. Geertsema: ‘Dat lijkt misschien nogal voor de hand liggend, maar zo’n toevoeging kan misverstanden voorkomen.’
Nobele intenties
De psychologen bogen zich ook enige tijd over de missie van de psycholoog. Van Wesemael: ‘Dat was best een ingewikkelde discussie. Misschien klinkt het logisch dat alle psychologen een nobele intentie hebben, maar niet alle psychologen zijn hulpverlener en niet alle psychologen zijn er om mensen te helpen.’ De vernieuwde missie is in de herziene versie van de Beroepscode te lezen.
Tijdens het herzieningsproces viel het zowel Geertsema als Van Wesemael op dat de Beroepscode vollediger bleek dan ze aanvankelijk soms dachten. Van Wesemael: ‘Dan wilden we iets aanpassen, gingen we de code nog eens goed bestuderen en dan kwamen we erachter dat datgene er eigenlijk al instond. Daar ben ik echt van onder de indruk, het is een knap opgezet document.’ Geertsema: ‘Dat is eigenlijk ook heel logisch, ethische waarden veranderen niet zo snel, niet om de vijf jaar in ieder geval. En we hebben de code ook al vaker herzien, het was vooral een kwestie van finetunen.’
Beide psychologen kijken goed terug op het herzieningsproces en het resultaat. Wat Geertsema betreft is de grootste winst van het proces het heropende gesprek met de leden over de aard van de beroepscode en hoe psychologen de code zouden moeten gebruiken. ‘Ook al heeft dat misschien niet tot allerlei wijzigingen geleid.’
Houd onze nieuwsbrief en sociale media-kanalen in de gaten voor meer informatie over de herziene beroepscode.
Beeld: Shutterstock