Lees verder
Anneke Haringsma, adjunct directeur en manager beleid, gaat na veertien jaar NIP met pensioen. ‘Werken voor een vereniging vond ik heel bijzonder. Al die verschillende belangen zijn ingewikkeld, maar dat vond ik juist zo boeiend.’
Nederlands Instituut van Psychologen

Hoe trof je het NIP aan toen je net begon?

‘In 2007 was het nog heel normaal om lid te zijn van een beroepsvereniging. Nu zijn psychologen niet meer automatisch lid. Daarom moesten we de uitdaging aangaan om leden weer aan ons te binden. Ik denk dat dat gelukt is.’

Kort nadat je begon bij het NIP zei je: ‘Ik weet niet zeker of dit werk me gaat bevallen, ik kijk wel hoelang ik het volhoud.’

‘Uiteindelijk vond ik werken voor een beroepsvereniging heel bijzonder. Ik kreeg te maken met leden, collega’s en verschillende secties die ieder hun eigen belangen hebben. Dat is ingewikkeld maar ik vond het vooral heel boeiend. Stel dat we een pindakaasfabriek waren geweest, dan hadden we gewoon op een dag kunnen besluiten groene pindakaas op de markt te brengen. Binnen een vereniging kan dat niet. Daarnaast heb ik veel met andere beroepsverenigingen samengewerkt, met ministeries en andere kennisinstituten. Soms was dat spannend of frustrerend, maar het gaf ook regelmatig veel voldoening. Vooral als de inspanning leidde tot een mooi resultaat voor onze leden. Als boerendochter zeg ik vaak dat ik het leuk vind om grond te bewerken, te zaaien en te oogsten. Die grond was vaak ontzettend weerbarstig en soms kwamen we pas na jaren aan zaaien toe.’

Waar ben je terugblikkend het meest trots op?

‘Dat we er als vereniging in zijn geslaagd om na een daling het ledenaantal weer te laten groeien. Dat hebben we samen gedaan. Ik ben daarom trots op het hele bureau, het bestuur en de actieve leden. We hebben samen een vereniging gecreëerd waar leden belangrijk zijn en waar de kwaliteit van de beroepsuitoefening van de psycholoog hoog in het vaandel staat. Verbinding is daarin een kernwoord voor mij, en daar heb je iedereen voor nodig, collega’s, bestuur, leden en de buitenwereld.’

Wat was de grootste uitdaging?

‘Het voortdurend afwegen van de verschillende belangen. Zo’n vijf jaar geleden bedacht ik me wat ik nog voor elkaar zou willen krijgen voor mijn pensioen. Dat waren drie dingen. Ik wilde binnen het EVC-traject (traject om masterpsychologen met voldoende vakbekwaamheid versneld een BIG-registratie te laten behalen, red.) stappen zetten. We moesten de grond wel echt járen bewerken, veel lobbyen, maar er zit nu eindelijk beweging in. Daarnaast loopt er inmiddels een pilot om de aansluiting master-gz psycholoog mogelijk te maken. Iets wat ik belangrijk vind. En ik heb me altijd verwonderd over de hoeveelheid aan verenigingen voor psychologen. Mijn ideaal was dat ze meer met elkaar in verbinding moesten komen. Ook dat is deels gelukt, onder meer via P3NL. Het lijken misschien kleine stappen, maar ik ben er echt blij mee.’

Wat is er zo belangrijk aan een beroepsvereniging als het NIP?

‘De beroepsgroep bepaalt de professionele norm, niet de zorgverzekeraar, werkgever of het bedrijfsleven. Het NIP is verantwoordelijk om dat te vertegenwoordigen in alles wat we doen. En daar heb ik me de afgelopen veertien jaar sterk voor gemaakt.’

Vanaf maart heeft Welmoet Gerritsen het stokje van Anneke overgenomen.