Lees verder
Wie zich schaamt, realiseert zich dat hij of zij óók onaangename kanten heeft. Bijvoorbeeld omdat je heel gemeen kunt zijn, een leugenaar of ontrouw. Waar komen schaamtegevoelens vandaan? Is het in sociaal opzicht nuttig je te schamen? En hoe kun je het beste omgaan met gevoelens van schaamte? ‘Accepteer dat je onacceptabele dingen denkt, voelt of doet. Dan neemt de schaamte vanzelf een beetje af.’
Anouk Bercht

Toen ik vijfentwintig werd, trakteerde ik op het werk. Er stond wat lekkers in de kantine, en de hele dag liepen er collega’s binnen om me te feliciteren en een praatje te maken. En natuurlijk was iedereen benieuwd hoe oud ik was geworden.

Er was één collega die me wel heel verbaasd aankeek toen ze hoorde dat ik vijfentwintig was. ‘Oh, we dachten eigenlijk dat je iets van achttien was, hooguit. Dat je net klaar was met de middelbare school!’

Zie je wel, dacht ik. Mijn collega’s hebben het idee dat ik nog maar net klaar ben met school. Ze zien vast dat ik er nog maar weinig van begrijp en nog niet echt meedoe. Het werd een wat ongemakkelijk gesprekje. En toen ze onze kamer uitliep, deed ik snel alsof ik weer druk aan het werk was. Geen zin om het er verder over te hebben.

Dit is nu niet de meest vreselijke of gênante situatie die ik me kan voorstellen, en ik heb er ook zeker niet wakker van gelegen, toch schaamde ik me toen mijn collega die opmerking maakte. Ik vond het stom er zo onvolwassen en onzelfstandig uit te zien. Ik wilde meedoen, zelfredzaam zijn, en verstand van zaken hebben.

Waar kwam die schaamte toen plots vandaan? Is de zelfbewuste emotie ergens nuttig voor? Had ik ook anders om kunnen gaan met mijn schaamtegevoelens?

Normen schenden

Wat is schaamte nu precies? Ik steek allereerst mijn licht op bij Ad Vingerhoets, emeritus hoogleraar Emoties en Welbevinden aan Tilburg University. In zijn recent verschenen boek De emotionele mens beschrijft hij dat situaties waarin ‘je niet kon voldoen aan je eigen normen of de normen van de samenleving’ leiden tot schaamte. ‘Schaamte is een sterke zelfbewuste emotie,’ legt hij me later tijdens een Zoomgesprek uit. ‘Gevoelens van schaamte zijn ook een stuk groter dan bijvoorbeeld gevoelens van schuld.’ Al gaan ze wel vaak hand in hand. ‘Schaamtegevoelens gaan echt over wie je bént, niet zozeer over iets wat je hebt gedaan.’

Hij vertelt me ook dat we de term schaamte in Nederland gebruiken voor twee soorten situaties: de kortdurende blunders, wat ze in Engeland embarrassing zouden vinden, en situaties waarvan je langer wakker kunt liggen. Vingerhoets: ‘Je kunt het vergelijken met stress. Als je ergens even heftig van schrikt, hoeft dat verder niet zo problematisch voor je gezondheid te zijn. Dat gebeurt pas als de stress langer aanhoudt. Met schaamte is het net zo. En om kortdurende blunders kun je later zelfs lachen.’

De normen die je schendt en tot schaamtegevoelens leiden kunnen te maken hebben met hoe je je gedraagt of met hoe je eruitziet – een stukje minder volwassen dan je wilt bijvoorbeeld, maar ook met dingen die je denkt of voelt. Door het schenden van die normen ontstaat de angst afgewezen te worden door een groep waar je bij hoort. En dat doet pijn. ‘Je kunt je alleen schamen als je in ieder geval je eigen normen overtreedt’, vervolgt Vingerhoets. ‘Die zullen doorgaans ook gelden voor de groepen waar je bij hoort, maar dat hoeft niet zo te zijn. Denk aan slachto“ers van verkrachting of seksueel misbruik. Die schamen zich daar mogelijk voor, terwijl de omgeving daar dan heel anders over kan denken.’ Wel besef je – als je je schaamt – volgens Vingerhoets heel goed dat er een specifieke groep mensen bestaat die ziet wat je hebt gedaan, gevoeld, of gedacht. Al is het niet noodzakelijk dat die anderen er daadwerkelijk bij zijn, ze kunnen ook imaginair zijn.

Bevestiging laag zelfbeeld

Psychotherapeut en psychoanalyticus Frans Schalkwijk, bij wie ik later aanklop, legt uit dat het een groot misverstand is te denken dat schaamte altijd begint bij de ogen van anderen. Hij beschouwt schaamte als een van zijn favoriete onderwerpen en publiceerde er meermaals over. ‘Je kunt prima in je eentje op de bank zitten en jezelf suf schamen omdat er een beschamende herinnering naar boven komt. Wel weten we uit onderzoek dat schaamtegevoelens heftiger zijn op momenten dat er anderen bij zijn, of als je het gevoel hebt dat je wordt bekeken.’

Oké, dus wie zich schaamt heeft vooral zijn of haar eigen normen geschonden. Is het dan wel een sociale emotie? En is het nuttig je te schamen als je enkel je eigen normen hebt geschonden? ‘Op het moment dat je ook de normen van anderen overtreedt, lijkt het erop alsof schaamte handig is om anderen milder te stemmen,’ zegt Vingerhoets erover. ‘Je krijgt dan een soort herkansing als anderen aan jou zien, bijvoor- beeld omdat je bloost, dat je je schaamt. Dat kan boosheid temperen, de situatie een beetje bijsturen.’

Ook Schalkwijk meent dat het regelen van het sociale verkeer een belangrijk functie is van schaamte. Maar schaamte kan volgens hem nóg ergens nuttig voor zijn, en daarvoor is het niet per se nodig dat je naast je eigen normen ook die van anderen hebt geschonden. ‘Schaamte kan er ook voor zorgen dat je je zelfgevoel, of zelfwaardering, op peil houdt,’ vertelt hij. ‘Want wie zich schaamt, laat aan zichzelf weten dat zijn of haar zelfwaardering gekelderd is. En dat je identiteit in het gedrang is gekomen.’

Schalkwijk heeft het ook niet over schaamte in termen van ‘normen die je schendt.’ Hij noemt schaamte eerder een signaal aan jezelf dat je zelfwaardering gedaald is. Hij legt het uit: ‘Je schaamt je niet zozeer omdat het even niet lukt om te voldoen aan je ideaalbeeld. Nee, je schaamt je omdat je je realiseert wie je daadwerkelijk bent, of in ieder geval, wie je óók bent. Een onaangenaam mens, gemeen, iemand die ontrouw is, een leugenaar… En die realisatie is nog veel erger dan denken dat je even geen geweldig mens bent. Het is de vervelendste zelfbewuste emotie (emoties die aanzetten tot zelfreflectie en zelfevaluatie, red.) die er is.’

Volgens Schalkwijk kent schaamte dus twee kanten. Daarmee is het volgens hem niet alleen maar een sociale emotie. Naast de sociale kant, ofwel de interpsychische kant, is er het intrapsychische aspect. Het sociale aspect zorgt dat je door de grond wilt zakken en weg wilt vluchten van de beschamende situatie. ‘De intrapsychische kant maakt dat je naar binnen keert, en echt even jezelf niet wilt zijn,’ aldus Schalkwijk.

‘Het kan best prettig zijn je even te schamen. Als het van voorbijgaande aard is en je kort denkt: hè, wat stom dat ik dat wil, of deed.’ Maar schaamte kan zich volgens Schalkwijk ook tot karaktertrek ontwikkelen en ervoor zorgen dat schaamtegevoelens vaker voorkomen en intenser zijn. ‘Als je struikelt op straat en vervolgens denkt dat je áltijd onhandig bent, dan hakt zo’n blunder erin. Kleine dingen kunnen zo een lage zelfwaardering bevestigen.’

Achter schaamte schuilt altijd een verlangen

Schaamte en schuld

Gevoelens van schaamte kunnen dan ook een stuk vervelender zijn om mee te kampen dan gevoelens van schuld, al komen ze vaak samen voor. Het grote verschil tussen de twee emoties is dat schuld gaat over een specifieke actie waarmee je een ander leed hebt aangedaan. Schaamtegevoelens gaan over wie je bent als mens. Je wijst niet enkel een bepaald gedrag van jezelf af, maar meteen je hele zelf. Schalkwijk: ‘Schuldgevoelens komen ook wat meer geleidelijk, als je nadenkt over wat je hebt gedaan en wat voor e“ect dat mogelijk heeft. Schaamte ontstaat plots, het overvalt je.’

Het lijkt bovendien nuttiger je schuldig te voelen dan je te schamen. Schuldgevoelens zorgen er meestal voor dat je probeert te repareren wat je mogelijk aan schade hebt aangericht. Dat is makkelijker omdat het over specifiek gedrag gaat, en niet over wie je bent als mens.

Schuldgevoelens leiden ook tot een toename in empathie, terwijl schaamtegevoelens juist voor minder empathie zorgen. Dat concludeerden drie Taiwanese onderzoekers in ieder geval. In 2010 probeerden ze studenten ofwel een schuldgevoel ofwel schaamtegevoelens aan te praten.1 In vergelijking met de groep studenten uit een controleconditie konden de studenten die zich schuldig voelden zich beter in anderen verplaatsen. De schaamtevolle studenten konden zich minder goed in anderen verplaatsen dan de studenten uit de controlegroep.

Waarom schuld empathie vergroot en schaamte empathie juist vermindert, is niet helemaal duidelijk. Volgens de Taiwanese wetenschappers leidt schaamte er mogelijk toe dat je enkel met jezelf bezig bent en je zo vertrouwt op het gevoel over jezelf dat je zo’n stom iemand bent, waardoor het niet lukt om je in anderen te verplaatsen.

Ook Schalkwijk denkt dat het nuttiger is je schuldig te voelen dan je te schamen: ‘Volgens de theorie van reintegrative shaming zou het beschamen van criminelen kunnen voorkomen dat ze opnieuw de fout in gaan. Maar uit een onderzoek dat we nog gaan publiceren blijkt dit lang niet altijd te werken.’

Maak van schaamte je kracht

Aukje Nauta, bijzonder hoogleraar Organisatiepsychologie aan de Universiteit Leiden, is het daar niet mee eens. Ze stelt dat het juist veel meer kan opleveren je te schamen dan je schuldig te voelen. Want schaamte kan volgens haar veel grondigere veranderingen teweegbrengen. Recent verscheen haar boek Nooit meer doen alsof. Daarin betoogt ze om van schaamte je kracht te maken. Want, zo meent ze, achter schaamte schuilt altijd een verlangen. ‘Als je je schaamt omdat je te dik bent, wil je dunner zijn’, legt Nauta me later in een Zoomgesprek uit. ‘Als je je schaamt omdat je als wetenschapper maar geen artikelen gepubliceerd krijgt, wil je dus artikelen gepubliceerd krijgen.’ Volgens haar gaat dat verlangen er uiteindelijk altijd over dat je een beter mens wilt zijn dan je bent zodat je je kunt verbinden met anderen. Nauta: ‘Dat is iets prachtigs!’

Om van schaamte je kracht te maken, moet je haar vijfstappenplan volgen. In de eerste stap moet je je schaamtesignalen herkennen: herken dat wat je voelt, doet of denkt, voortkomt uit schaamte. ‘Misschien herken je het niet direct als je je schaamt,’ legt ze uit. ‘Dus kan het handig zijn te kijken hoe je je dan gedraagt. De meesten zullen hun schaamte willen verbergen. Er ontstaat dan schaamte-schaamte, je gaat bijvoorbeeld vechten of vluchten. Misschien word je agressief omdat je jezelf overschreeuwt, of voel je je somber door het vluchtgedrag.’

De tweede stap is simpeler: erken je schaamte. ‘Eigenlijk hoef je dan alleen maar te zeggen dat je je schaamt. In stap drie ga je vervolgens de kloof onderzoeken tussen wie je bent en wie je wilt zijn en in stap vier onderzoek je welk verlangen daaronder schuilt. ‘Het is goed om hier echt te bedenken wat je zelf wilt. Ben jij het die een norm heeft geschonden of is de norm eigenlijk niet oké?’

Volgens Nauta is het namelijk wel degelijk mogelijk dat schaamte ontstaat doordat alleen anderen vinden dat je fout zit – in tegenstelling tot wat Vingerhoets en Schalkwijk zeggen. In haar boek haalt Nauta ex-corpslid Milou Deelen aan. Zij werd flink geslutshamed en verkozen tot ‘grootste slet van het jaar’ bij haar Groningse studentenvereniging. Dat was niet omdat ze heel veel meer bedpartners had dan de rest. Maar wel omdat ze er openlijk over sprak, het af en toe met een vrouw deed en zich anders kleedde dan de rest. ‘Schaamte hoeft er niet per definitie op te duiden dat jij ‘fout’ zit, het kan ook dat de groep waar je bij hoort het bij het verkeerde eind heeft en daarom moet emanciperen,’ meent Nauta.

In de laatste stap, stap vijf, is het zaak te onderzoeken met wie je je wilt verbinden. Nauta: ‘Het kan al helpen je schaamte te etaleren voor die mensen en dan tot de conclusie te komen dat je niet wordt afgewezen om datgene waarvoor je je schaamt. Dat zou al voor een boel opluchting kunnen zorgen en dus dat je je weer helemaal verbonden voelt met hen.’ Volgens Nauta is het etaleren van je schaamte ook al een manier om van schaamte je kracht te maken. ‘Het hoeft niet groots en meeslepend te zijn, het gaat erom dat je de pijn van de schaamte afhaalt door de schaamte onder ogen te zien en durft te delen dat je je schaamt.’

Ook Schalkwijk bespreekt in zijn boek Onvolmaakt tevreden (uit 2016) hoe je de scherpe randjes van schaamtegevoelens af kunt halen. Hij noemt verschillende manieren van omgaan met schaamte, waarvan één ervoor kan zorgen dat de schaamte wat afneemt: accepteer datgene waarvoor je je schaamt. De andere vier zijn iets minder vruchtbaar. De meeste mensen zullen volgens hem een aantal stijlen gebruiken, afhankelijk van de situatie.

‘Alleen je eigen imago raakt beschadigd als je je schaamt’

Breuk in empathie

Om schaamtegevoelens net iets minder pijnlijk te maken, moet je dus datgene waarvoor je je schaamt accepteren. Schalkwijk: ‘Accepteer dat je óók zo bent, dat het bij je hoort dat je af en toe iets naars doet, denkt of voelt. En probeer begrip, compassie en empathie voor jezelf te ontwikkelen.’ Dat sluit ook aan bij wat wijlen psychiater, psychoanalyticus en vooral een expert op het gebied van schaamte Louis Tas (1920-2011) erover zei: ‘Schaamte is een breuk in empathie met jezelf.’ Ook hij meende dat het helpt milder naar jezelf te kijken en te accepteren dat je je eens in de zoveel tijd schaamt.

‘In therapie probeer ik het gevoel van schaamte er te laten zijn,’ zegt Schalkwijk. ‘Want mensen schamen zich gewoon! Ze moeten zichzelf alleen niet te hard op hun duvel geven. Mijn cliënten help ik accepteren dat ze onacceptabele dingen denken, voelen of doen, dingen die echt niet horen, en echt onaangenaam zijn! Als je dat accepteert neemt de schaamte vanzelf af.’

Het helpt bijvoorbeeld om niet meteen te denken dat iets ‘altijd’ fout of ‘nooit’ goed gaat. Beter is je te realiseren dat je deze keer in een ongemakkelijke situatie zat. Waarschijnlijk is het dan ook makkelijk de schaamte voorbij te laten gaan. Eventueel kun je je schaamte kort bespreken met anderen. Volgens Schalkwijk is het tevens belangrijk dat je accepteert dat er iets fout ging, maar dat je daarom niet minder waard bent als persoon, en dat iedereen zoiets kan overkomen.

En hoe moet het dan vooral niet? De vier manieren die ruimte voor verbetering bieden zijn volgens Schalkwijk: jezelf aanvallen, jezelf terugtrekken, de schaamte vermijden en de ander aanvallen. Wie omgaat met schaamte door zichzelf aan te vallen, keert naar binnen en wordt als het ware boos op zichzelf. Je vindt het dan terecht dat je je schaamde omdat je nu eenmaal stom bent. Als je je terugtrekt als je je schaamt, wil je je verstoppen en terugtrekken uit de situatie. Je probeert bijvoorbeeld te voorkomen dat eenzelfde soort situatie nog eens ontstaat of begint de mensen die erbij waren te ontlopen. Wie de schaamte ontkent, doet alsof hij of zij zich helemaal niet schaamt en alsof de gênante situatie hem of haar totaal niet raakt. Tot slot kun je boos worden op anderen als je je schaamt, omdat je het gevoel hebt dat zij jou hebben beschaamd.

‘Hoewel geen van deze manieren echt handig is,’ licht Schalkwijk toe, ‘zijn de eerste twee, jezelf aanvallen en jezelf terugtrekken, rijper dan de laatste twee manieren. Want als je jezelf aanvalt, of terugtrekt, erken je in ieder geval dat je je schaamt. Als je de schaamte ontkent of de oorzaak van jouw schaamte bij anderen legt, doe je dat niet. Je meent dat je er niet veel mee te maken hebt, of dat de ander ervoor zorgt dat jij je rot voelt. Iedereen gebruikt iedere stijl wel een keertje, belangrijk is de balans.

Of gevoelens van schaamte echt kwellend zijn, of een gezond signaal aan jezelf betekenen, hangt af van hoe je met die schaamtegevoelens omgaat,’ vervolgt Schalkwijk. ‘Als je bijvoorbeeld niet zo goed bent in het merendeel van de sporten, is er niet veel aan de hand als je accepteert dat je motorisch wat onhandig bent, en bijvoorbeeld wel heel goed kunt worden in schaken. Voor wie een lage zelfwaardering heeft, een strenge innerlijke criticus, kunnen schaamtegevoelens kwellend zijn omdat ze dat lage zelfbeeld steeds bevestigd zien op die schaamtevolle momenten.’

Of je van schaamte echt je kracht kunt maken, zoals Nauta in haar boek bepleit, weet Schalkwijk niet. ‘We zijn inderdaad steeds op zoek naar verbinding met anderen, we verlangen daar altijd naar, dat is biologisch. Maar je schaamte echt omarmen en er je kracht van te maken? Daarvoor moet je psychisch heel gezond in elkaar zitten, lijkt me. En helaas is dat bij veel mensen niet het geval.’

Ook aan Nauta stel ik deze vraag: is schaamte niet een veel te groot gevoel om via een eenvoudig stappenplan op te lossen en om te buigen naar iets krachtigs? Nauta: ‘Ik vind van niet. Ik denk dat je met het stappenplan de pijn van de schaamte er wat af kunt halen. Ook als het gaat om grotere zaken, zoals schaamte over het hebben van schulden of schaamte over armoede. Als je het stappenplan doorlopen hebt, is de schaamte misschien nog niet weg, maar is de schaamte voor de schaamte al wel een stuk minder, waardoor het alvast iets minder pijnlijk is.’

Onverschillig

Ook Vingerhoets kan zich voorstellen dat er een verlangen ligt achter schaamtegevoelens. ‘Schaamte heeft te maken met de angst afgewezen te worden, en dus verlang je ernaar om erbij te horen.’ Maar hij twijfelt of je ze kunt ombuigen naar iets om je kracht van te maken. ‘Je wordt minder empathisch, keert in jezelf, en heftige schaamtegevoelens verhogen de kans op een depressie of angststoornis. En als je jezelf echt een waardeloos persoon vindt, is het heel lastig om een verandering in gang te zetten. Alleen je eigen imago raakt beschadigt als je je schaamt. En je hoeft ook niet iets te repareren wat je anderen hebt aangedaan. Bovendien zijn er wel aanwijzingen dat wie zich schaamt juist ergere dingen gaat doen, een grotere kans heeft om opnieuw de mist in te gaan.’

Hij baseert zich onder meer op een Amerikaans onderzoek uit 2011 waarin ruim vijfhonderd gevangen werden bevraagd.2 Gedetineerden die geneigd waren zich te schamen, hadden vaak ook antisociale persoonlijkheidstrekken en ze hadden bepaalde denkstijlen, zogenoemde criminogene cognities, die crimineel gedrag uitlokken. ‘Misschien zorgt schaamte voor een bepaalde mate van onverschilligheid, of zorgt de overtuiging dat je een slecht mens bent ervoor dat je je daadwerkelijk zo gaat gedragen,’ zegt Vingerhoets.

Gelukkig viel het mee met mijn schaamtegevoelens toen ik fiks jonger werd ingeschat. Ik kan er nu ook wel om lachen. Bovendien wilde ik er waarschijnlijk gewoon bij horen. Mocht het nog een keer voorkomen, dan is het een kwestie van accepteren dat ik wat jonger overkom. En misschien helpt het te bedenken dat, mocht deze trend doorzetten, in de toekomst vooral mijn zelfwaardering daarvan zal profiteren.

Bronnen

  1. Yang, M. L., Yang, C. C., & Chiou, W. B. (2010). When guilt leads to other orientation and shame leads to egocentric self-focus: Effects of differential priming of negative affects on perspective taking.§Social Behavior and Personality: an international journal, 38(5), 605-614.
  2. Tangney, J. P., Stuewig, J., Mashek, D., & Hastings, M. (2011). Assessing jail inmates’ proneness to shame and guilt: Feeling bad about the behavior or the self?.§Criminal justice and behavior, 38(7), 710-734.

Beeld: Peter Valckx