Fronto-temporale dementie (FTD) is een vorm van dementie die meestal al jong, tussen het 45e en 65e levensjaar, wordt vastgesteld. Vaak is er een genetische oorzaak: bij ongeveer een derde van de patiënten komt FTD in de familie voor.
In een internationaal onderzoek waarbij ook het Radboudumc betrokken was, werden 600 mensen van midden veertig twee jaar lang gevolgd. De helft was drager van de genvariant die de kans op FTD vergroot, de andere helft bestond uit familieleden die de genvariant niet hadden. Al bij de eerste meting waren de deelnemers met de genetische mutatie apathischer dan hun familieleden zonder. De ernst van de apathie nam bij hen ook sneller toe, en voorspelde hoe snel iemand cognitief achteruitging. De mate van apathie bleek te worden veroorzaakt door hersenkrimp in gebieden aan de voorkant van het brein.
Als iemand van middelbare leeftijd plotseling blijk geeft van een verminderde interesse en motivatie, moeten eerst andere oorzaken zoals een depressie of slecht functionerende schildklier worden uitgesloten. Maar hoe eerder FTD kan worden vastgesteld, hoe langer de periode waarin het beloop van de ziekte gunstig kan worden beïnvloed. Dat kan nog niet met e¦ectieve medicijnen, wellicht wel met interventies die iemands interesse en initiatief aanwakkeren.
Bron: Malpetti, M. et al. (2020). Apathy in presymptomatic genetic frontotemporal dementia predicts cognitive decline and is driven by structural changes. Alzheimer’s & Dementia, doi10.1002/alz.12252
Beeld: SewCream/shutterstock.com